Nieuwe regel in de resultaathoeveelheid maken met SQL INSERT
Toepassing
SQL INSERT maakt een nieuwe regel in de result-set (resultaatset). De waarden van de afzonderlijke cellen worden door de besturing uit de gekoppelde Q-parameters gekopieerd. De transactie is door de op te geven HANDLE gedefinieerd.
Voorwaarden
- Sleutelgetal 555343
- Tabel aanwezig
- Geschikte tabelnaam
De namen van tabellen en tabelkolommen moeten met een letter beginnen en mogen geen rekenkundig teken, bijv. + bevatten. Deze tekens kunnen op basis van SQL-commando's bij het inlezen of uitlezen van gegevens tot problemen leiden.
Functiebeschrijving
SQL INSERT houdt rekening met alle kolommen die de SELECT-instructie (SQL-commando SQL EXECUTE) bevat. Tabelkolommen zonder desbetreffende SELECT-instructie (niet in resultaat van de query) worden door de besturing met standaardwaarden beschreven.
De besturing geeft in de gedefinieerde variabele aan of het leesproces gelukt (0) of mislukt (1) is.
Invoer
11 SQL INSERT Q1 HANDLE Q5 | ; Nieuwe regel maken in de transactie Q5 |
De NC-functie bevat de volgende syntaxiselementen:
Syntaxiselement | Betekenis |
---|---|
SQL INSERT | Syntaxisopener voor de SQL-commando INSERT: |
Q/QL/QR of Q REF | Variabele waarin de besturing het resultaat opslaat |
HANDLE | Q-parameters met de identificatie van de transactie |
Aanwijzing
Bij het schrijven naar tabellen controleert de besturing de lengte van de stringparameters. Als de items de lengte van de te beschrijven kolommen overschrijden, geeft de besturing een foutmelding.
Voorbeeld
11 SQL BIND Q881 "Tab_Example.Position_Nr" |
12 SQL BIND Q882 "Tab_Example.Measure_X" |
13 SQL BIND Q883 "Tab_Example.Measure_Y" |
14 SQL BIND Q884 "Tab_Example.Measure_Z" |
* - ... |
21 SQL Q5 "SELECT Position_Nr,Measure_X,Measure_Y, Measure_Z FROM Tab_Example" |
* - ... |
31SQL INSERT Q1 HANDLE Q5 |