Zwenkoplossingen

Toepassing

Met SYM (SEQ) selecteert u de gewenste optie tussen meerdere zwenkoplossingen.

 
Tip

Unieke zwenkoplossingen kunt u uitsluitend definiëren met behulp van ashoeken.

Alle andere definitiemogelijkheden kunnen machine-afhankelijk tot meerdere zwenkoplossingen leiden.

Functiebeschrijving

De besturing biedt twee keuzemogelijkheden waaruit u één kunt kiezen.

Keuzemogelijkheid­

Betekenis

SYM

Met behulp van SYM selecteert u een zwenkoplossing gerelateerd aan het symmetriepunt van de master-as.

Zwenkoplossing SYM

SEQ

Met behulp van SEQ selecteert u een zwenkoplossing gerelateerd aan de basispositie van de master-as.

Zwenkoplossing SEQ

Referentie voor SEQ

Referentie voor SYM

Als de door u via SYM (SEQ) geselecteerde oplossing niet binnen het verplaatsingsbereik van de machine ligt, komt de besturing met de foutmelding Hoek niet toegestaan.

De invoer van SYM of SEQ is optioneel.

Indien SYM (SEQ) niet wordt gedefinieerd, wordt de oplossing als volgt door de besturing bepaald:

  1. Bepalen of beide oplossingen binnen het verplaatsingsbereik van de rotatieassen liggen
  2. Twee oplossingsmogelijkheden: uitgaande van de actuele positie van de rotatieassen de mogelijke oplossingen met de kortste baan selecteren
  3. Eén oplossing: de enige oplossing selecteren
  4. Geen oplossing: foutmelding Hoek niet toegestaan uitvoeren

Zwenkoplossing SYM

Met behulp van de functie SYM selecteert u een van de oplossing gerelateerd aan het symmetriepunt van de master-as:

  • SYM+ positioneert de master-as in het positieve halfrond vanaf het symmetriepunt
  • SYM- positioneert de master-as in het negatieve halfrond vanaf het symmetriepunt

SYM gebruikt in tegenstelling tot SEQ het symmetriepunt van de master-as als referentie. Elke master-as heeft twee symmetrie-instellingen die 180° uit elkaar liggen (gedeeltelijk slechts één symmetrie-instelling in het verplaatsingsbereik).

 
Tip

Bepaal het symmetriepunt als volgt:

  1. PLANE SPATIAL met een willekeurige ruimtehoek en SYM+ uitvoeren
  2. Ashoek van de master-as in een Q-parameter opslaan, bijvoorbeeld -80
  3. PLANE SPATIAL-functie met SYM- herhalen
  4. Ashoek van de master-as in een Q-parameter opslaan, bijvoorbeeld -100
  5. Gemiddelde waarde vormen, bijvoorbeeld -90
  6. De gemiddelde waarde komt overeen met het symmetriepunt.

Zwenkoplossing SEQ

Met behulp van de functie SEQ selecteert u een van de oplossing gerelateerd aan de basispositie van de master-as:

  • SEQ+ positioneert de master-as in het positieve zwenkbereik, uitgaande van de basispositie
  • SEQ- positioneert de master-as in het negatieve zwenkbereik, uitgaande van de basispositie

SEQ baseert zich op de basispositie (0°) van de master-as. De master-as is de eerst rotatieas vanaf het gereedschap of de laatste rotatieas vanaf de tafel (afhankelijk van de machineconfiguratie) Wanneer beide oplossingen binnen het positieve of negatieve bereik liggen, gebruikt de besturing automatisch de dichtstbijzijnde oplossing (kortere weg). Wanneer u de tweede oplossing nodig hebt, moet u vóór het zwenken van het bewerkingsvlak de master-as voorpositioneren (binnen het bereik van de tweede oplossing) of met SYM werken.

Voorbeelden

Machine met C-rondtafel en A-zwenktafel. Geprogrammeerde functie: PLANE SPATIAL SPA+0 SPB+45 SPC+0

Eindschakelaar

Startpositie

SYM = SEQ

Resultaat aspositie

Geen

A+0, C+0

niet geprogr.

A+45, C+90

Geen

A+0, C+0

+

A+45, C+90

Geen

A+0, C+0

A–45, C–90

Geen

A+0, C–105

niet geprogr.

A–45, C–90

Geen

A+0, C–105

+

A+45, C+90

Geen

A+0, C–105

A–45, C–90

–90 < A < +10

A+0, C+0

niet geprogr.

A–45, C–90

–90 < A < +10

A+0, C+0

+

Foutmelding

–90 < A < +10

A+0, C+0

-

A–45, C–90

Machine met B-rondtafel en A-zwenktafel (eindschakelaar A +180 en -100). Geprogrammeerde functie: PLANE SPATIAL SPA-45 SPB+0 SPC+0

SYM

SEQ

Resultaat aspositie

Kinematicaweergave

+

A-45, B+0

-

Foutmelding

Geen oplossing binnen beperkt bereik

+

Foutmelding

Geen oplossing binnen beperkt bereik

-

A-45, B+0

 
Tip

De positie van het symmetriepunt is afhankelijk van de kinematica. Wanneer u de kinematica veranderd wordt (bijvoorbeeld kopwissel), verandert de positie van het symmetriepunt.

Afhankelijk van de kinematica komt de positieve rotatierichting van SYM niet overeen met de positieve rotatierichting van SEQ. Bepaal daarom op elke machine de positie van het symmetriepunt en de rotatierichting van SYM vóór de programmering.