Bewerkingsmodus omschakelen met FUNCTION MODE
Toepassing
Met FUNCTION MODE SET kunt u door de machinefabrikant gedefinieerde instellingen activeren, bijv. wijzigingen van het verplaatsingsbereik.
Verwante onderwerpen
- Kinematica in de toepassing Instellingen wijzigen
Voorwaarde
- Speciale aanpassing van besturing door machinefabrikant
De machinefabrikant definieert welke interne functies de besturing bij deze functie uitvoert. Voor de functie FUNCTION MODE SET moet de machinefabrikant keuzemogelijkheden definiëren.
Functiebeschrijving
Bij het omschakelen van bewerkingsmodi voert de besturing een macro uit waarmee de machinespecifieke instellingen voor de desbetreffende bewerkingsmodus worden uitgevoerd.
Wanneer de machinefabrikant de selectie van verschillende kinematica heeft vrijgegeven, kunt u de kinematica met de functie FUNCTION MODE omschakelen.
Invoer
11 FUNCTION MODE SET "Range1" | ; instelling machinefabrikant activeren |
U navigeert als volgt naar deze functie:
NC-functie invoegen Alle functies speciale functies FUNCTION MODE
De NC-functie bevat de volgende syntaxiselementen:
Syntaxiselement | Betekenis |
---|---|
FUNCTION MODE | Syntaxisopener voor de Bewerkingsmodus |
MILL of SET | Bewerkingsmodus of instelling machinefabrikant selecteren |
Naam of QS | Naam van een kinematica of machinefabrikant-instelling Vaste of variabele naam Selectie met behulp van een keuzevenster mogelijk Syntaxiselement optioneel |
Instructies
- Met de optionele machineparameter CfgModeSelect (nr. 132200) definieert de machinefabrikant de instellingen voor de functie FUNCTION MODE SET. Wanneer de machinefabrikant de machineparameter niet definieert, is iFUNCTION MODE SET niet beschikbaar.
- Wanneer de functies Bewerkingsvlak zwenken (#8 / #1-01-1) of TCPM (#9 / #4-01-1) actief zijn, kunt u de bewerkingsmodus niet omschakelen.