Functie voor verlaten DEP PLCT
Toepassing
Met de NC-functie DEP PLCT verlaat de besturing de contour via een cirkelbaan met aansluitende rechte tangentieel op het laatste contourelement.
U programmeert de coördinaten van het eindpunt PN polair.
Verwante onderwerpen
- DEP LCT met cartesiaanse coördinaten
Voorwaarde
- Pool CC
Voordat u met poolcoördinaten gaat programmeren, moet u een pool CC definiëren.
Functiebeschrijving
De NC-functie bevat de volgende stappen:
- Een cirkelbaan van het laatste contourpunt PE naar hulppunt PH
Hulppunt PH wordt bepaald middels het laatste contourpunt PE, de radius R en het eindpunt PN.
- Een rechte van hulppunt PH naar eindpunt PN
Wanneer u in de functie voor verlaten de Z-coördinaat programmeert, verplaatst het gereedschap zich van het startpunt PH in drie assen simultaan naar het hulppunt PN.
Invoer
11 DEP PLCT PR15 PA-90 R8 | ; Contour lineair en cirkelvormig tangentieel verlaten |
U navigeert als volgt naar deze functie:
NC-functie invoegen Alle functies Baanfuncties DEP DEP PLCT
De NC-functie bevat de volgende syntaxiselementen:
Syntaxiselement | Betekenis |
---|---|
DEP PLCT | Syntaxisopener voor een lineaire en cirkelvormige functie voor verlaten tangentieel op de contour |
PR | Poolcoördinatenradius Invoer absoluut of incrementeel Syntaxiselement optioneel |
PA | Poolcoördinatenhoek Invoer absoluut of incrementeel Syntaxiselement optioneel |
R | Radius als vast of variabel nummer |
F, FMAX, FZ, FU, FAUTO | |
M |
Aanwijzing
In de kolom Invoerscherm kunt u omschakelen tussen de syntaxis voor cartesiaanse en polaire coördinateninvoer.
Voorbeeld DEP PLCT
11 CC X+50 Y+20 | ; Pool vastleggen |
12 LP PR+30 PA+0 RL F300 | ; Laatste contourelement PE met RL benaderen |
13 DEP PLCT PR+50 PA+0 R5 | ; PN benaderen, afstand PE tot PN: R5 |