Ethernet-interface

Toepassing

Om verbindingen in een netwerk mogelijk te maken, is de besturing standaard voorzien van een Ethernet-interface.

Functiebeschrijving

De besturing verzendt gegevens via de Ethernet-interface door middel van de volgende protocollen:

  • CIFS (common internet file system) of SMB (server message block)
  • De besturing ondersteunt bij deze protocollen de versies 2, 2.1 en 3.

  • NFS (network file system)
  • De besturing ondersteunt bij dit protocol de versies 2 en 3.

Aansluitmogelijkheden

U kunt de Ethernet-interface van de besturing via de RJ45-aansluiting X26 in het netwerk integreren of rechtstreeks aansluiten op een pc. De aansluiting is galvanisch gescheiden van de besturingselektronica.

Gebruik twisted-pair-kabels om de besturing op het netwerk aan te sluiten.

 
Tip

De maximaal mogelijke kabellengte tussen de besturing en een knooppunt is afhankelijk van de kwaliteitsklasse van de kabel, de ommanteling en het type netwerk.

Symbool voor Ethernet-verbinding

Symbool

Betekenis

Ethernet-verbinding

De besturing toont het symbool rechtsonder in de taakbalk.

Taakbalk

Wanneer u op het symbool klikt, opent de besturing een apart venster. Het aparte venster bevat de volgende informatie en functies:

  • Verbonden netwerken
  • U kunt de verbinding met het netwerk verbreken. Als u de netwerknaam selecteert, kunt u de verbinding opnieuw tot stand brengen.

  • Beschikbare netwerken
  • VPN-verbindingen
  • Op dit moment geen functie

Instructies

  • Beveilig uw gegevens en de besturing door de machines in een beveiligd netwerk te gebruiken.
  • Om beveiligingslekken te voorkomen, gebruikt u bij voorkeur de actuele versies van de protocollen SMB en NFS.

Venster Netwerkinstellingen

Toepassing

Met het venster Netwerkinstellingen definieert u instellingen voor de Ethernet-interface van de besturing.

 
Tip

Laat de besturing configureren door een netwerkspecialist.

Functiebeschrijving

U navigeert als volgt naar deze functie:

Instellingen Netwerk/toeg. op afstand Network

Venster Netwerkinstellingen

Tabblad Status

Het tabblad Status bevat de volgende informatie en instellingen:

Bereik

Informatie of instelling

Computernaam

De besturing toont de naam waaronder de besturing in het bedrijfsnetwerk zichtbaar is. U kunt deze naam wijzigen.

Default-gateway

De besturing geeft de default-gateway en de gebruikte Ethernet-interface weer.

Proxy gebruiken

U kunt het adres en de poort van een proxyserver in het netwerk opgeven.

Interfaces

De besturing geeft een overzicht van de beschikbare Ethernet-interfaces weer. Als er geen netwerkverbinding is, is de tabel leeg.

De besturing toont in de tabel de volgende informatie:

  • Naam, bijvoorbeeld eth0
  • Aansluiting, bijvoorbeeld X26
  • Verbindingsstatus, bijvoorbeeld CONNECTED
  • Configuratienaam, bijvoorbeeld DHCP
  • Adres, bijvoorbeeld 10.7.113.10

Tabblad Interfaces

DHCP-clients

De besturing geeft een overzicht weer van de apparaten die in het machinenetwerk een dynamisch IP-adres hebben ontvangen. Als er geen verbindingen met andere netwerkcomponenten van het machinenetwerk zijn, is de inhoud van de tabel leeg.

De besturing toont in de tabel de volgende informatie:

  • Naam
  • Hostnaam en verbindingsstatus van het apparaat

  • De besturing toont de volgende verbindingsstatus:

    • Groen: verbonden
    • Rood: geen verbinding
  • IP-adres
  • Dynamisch toegekend IP-adres van het apparaat

  • MAC-adres
  • Fysiek adres van het apparaat

  • Type
  • Type verbinding

  • De besturing toont de volgende verbindingstypes:

    • TFTP
    • DHCP
  • geldig tot
  • Tijdstip tot wanneer het IP-adres zonder vernieuwing geldig is

De machinefabrikant kan instellingen voor deze apparaten uitvoeren. Raadpleeg uw machinehandboek!

Tabblad Interfaces

De besturing toont in het tabblad Interfaces de beschikbare Ethernet-interfaces.

Het tabblad Interfaces bevat de volgende informatie en instellingen:

Kolom

Informatie of instelling

Naam

De besturing toont de naam van de Ethernet-interface. U kunt de verbinding met een schakelaar in- of uitschakelen.

Aansluiting

De besturing toont het nummer van de netwerkaansluiting.

Verbindingsstatus

De besturing toont de verbindingsstatus van de Ethernet-interface.

De volgende verbindingsstatussen zijn mogelijk:

  • CONNECTED
  • Verbonden

  • DISCONNECTED
  • Verbinding verbroken

  • CONFIGURING
  • IP-adres wordt opgehaald van de server

  • NOCARRIER
  • Geen kabel aanwezig

Configuratienaam

U kunt de volgende functies uitvoeren:

 
Tip
  • Wanneer u een profiel van een actieve verbinding hebt gewijzigd, werkt de besturing het gebruikte profiel niet bij. Verbind de desbetreffende interface opnieuw met Reconnect.
  • De besturing ondersteunt uitsluitend het verbindingstype Ethernet.

Tabblad DHCP-server

De machinefabrikant kan met behulp van het tabblad DHCP-server op de besturing een DHCP-server in het machinenetwerk configureren. Met deze server kan de besturing verbindingen met andere netwerkcomponenten van het machinenetwerk tot stand brengen, bijvoorbeeld met industriële computers.

Raadpleeg uw machinehandboek!

Tabblad Ping/routing

U kunt in het tabblad Ping/routing de netwerkverbinding controleren.

Het tabblad Ping/routing bevat de volgende informatie en instellingen:

Bereik

Informatie of instelling

Ping

Adres:poort en Adres:

U kunt het IP-adres van de computer en eventueel het poortnummer invoeren om de netwerkverbinding te controleren.

Invoer: vier door punten gescheiden getalwaarden, evt. een poortnummer met een dubbele punt gescheiden, bijvoorbeeld 10.7.113.10:22

Als alternatief kunt u ook de computernaam invoeren waarvan u de verbinding wilt controleren.

Controle starten en stoppen

  • Knop Start: start controle
  • De besturing toont statusinformatie in het ping-veld.

  • Knop Stop: controle beëindigen

Routing

De besturing toont statusinformatie van het besturingssysteem over de actuele routing voor netwerkbeheerders.

Tabblad SMB-vrijgave

Het tabblad SMB-vrijgave is alleen in combinatie met een VBox-programmeerplaats beschikbaar.

Wanneer het selectievakje actief is, geeft de besturing door een sleutelgetal beveiligde bereiken of partities voor de Verkenner van de gebruikte Windows-pc vrij, bijvoorbeeld PLC. Het selectievakje kunt u alleen met behulp van het sleutelgetal van de machinefabrikant activeren of deactiveren.

U selecteert in het TNC VBox Control Panel in het tabblad NC-Share een stationsletter voor de weergave van de geselecteerde partitie en verbindt het station vervolgens met Connect. De host toont de partities van de programmeerplaats.

 
Tip

Meer informatie: Programmeerplaats voor freesbesturingen

U kunt de documentatie samen met de software van de programmeerplaats downloaden.

Netwerkprofiel exporteren en importeren

U kunt een netwerkprofiel als volgt exporteren:

  1. Venster Netwerkinstellingen openen
  2. Configuratie exporteren selecteren
  3. De besturing opent een venster.
  4. Opslaglocatie voor het netwerkprofiel selecteren, bijvoorbeeld TNC:/etc/sysconfig/net
  5. Openen selecteren
  6. Gewenst netwerkprofiel selecteren
  7. Exporteren selecteren
  8. De besturing slaat het netwerkprofiel op.
 
Tip

U kunt DHCP- en eth1-profielen niet exporteren.

U kunt een geëxporteerd netwerkprofiel als volgt importeren:

  1. Venster Netwerkinstellingen openen
  2. Configuratie importeren selecteren
  3. De besturing opent een venster.
  4. Opslaglocatie van netwerkprofiel selecteren
  5. Openen selecteren
  6. Gewenst netwerkprofiel selecteren
  7. OK selecteren
  8. De besturing opent een venster met een beveiligingsvraag.
  9. OK selecteren
  10. De besturing importeert en activeert het geselecteerde netwerkprofiel.
  11. Indien nodig, dient u de besturing opnieuw te starten
 
Tip

Met de knop HEIDENHAIN vooraf ingest. Kunt u de standaardwaarden van de netwerkinstellingen importeren.

Instructies

  • Start de besturing bij voorkeur opnieuw op, nadat u wijzigingen in de netwerkinstellingen hebt aangebracht.
  • Het HEROS-besturingssysteem beheert het venster Netwerkinstellingen. Als u de HEROS-dialoogtaal wilt wijzigen, moet u de besturing opnieuw starten.
  • Dialoogtaal van de besturing