Nieuwe en gewijzigde functies
Beschikbare aanvullende documentatie
Overzicht van nieuwe en gewijzigde softwarefuncties
Meer informatie over de vorige softwareversies wordt beschreven in de aanvullende documentatie Overzicht van nieuwe en gewijzigde softwarefuncties. Neem contact op met HEIDENHAIN wanneer u deze documentatie nodig hebt.
ID: 1373081-xx
Nieuwe functies
Gebruikershandboek als geïntegreerde producthulp TNCguide
Thema | Beschrijving |
---|---|
TNCguide | U kunt de TNCguide contextgevoelige oproepen. Met behulp van een contextgevoelige oproep komt u direct bij de bijbehorende informatie, bijv. van het geselecteerde element of de huidige NC-functie. Met behulp van het symbool Help kunt u een element selecteren waarvoor de besturing informatie moet tonen. Met de toets HELP toont de besturing informatie over de geselecteerde NC-functie. |
Bediening
Thema | Beschrijving |
---|---|
Hardwarevereisten | Om softwareversie 18 te kunnen installeren of upgraden, hebt u een besturing met een harde schijf van min. 30 GB nodig. |
Aankondiging: Insteekprintplaat SIK2 | Met softwareversie 18 SP1 wordt de insteekprintplaat SIK2 geïntroduceerd. Bij besturingen met SIK2 worden de software-opties met nieuwe viercijferige nummers aangeduid. Zolang zowel SIK1 als SIK2 beschikbaar zijn, worden in de gebruikershandleiding van de besturing beide software-optienummers opgegeven, bijv. (#18 / #3-03-1). |
Statusweergaven
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkgebied Status | Met behulp van het symbool Lay-out aanpassen in het werkgebied Status kunt u kolommen toevoegen of verwijderen en de gebieden in de kolommen rangschikken. |
Handmatige bediening
Thema | Beschrijving |
---|---|
Onbalansfuncties (#50 / #4-03-1) | De besturing biedt handmatige cycli om in de draaimodus de onbalans van de actuele opspanning te bepalen. De besturing stelt de massa en de plaats van het balanceergewicht voor. |
Basisprincipes van het programmeren
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkgebied Teksteditor | De besturing biedt in de werkstand Programmeren het werkgebied Teksteditor. In Teksteditor kunt u de volgende bestandstypen maken en bewerken:
|
Instellingen in het werkgebied Programma | U kunt de automatische aanvulling in de teksteditor-modus uitschakelen. |
U kunt selecteren of de besturing helpschermen als apart venster toont of uitsluitend in het werkgebied Help. | |
U kunt selecteren of de besturing bij een NC-component een commentaar met informatie toevoegt, bijv. naam van de NC-component. | |
U kunt selecteren of de besturing niet beschikbare NC-functies in het venster NC-functie invoegen grijs weergeeft of verbergt, bijv. bij niet-vrijgeschakelde software-opties. | |
U kunt selecteren of de besturing bij de volgende NC-functies standaard aanhalingstekens voor padopgaven invoert:
| |
Wanneer u een aanraakscherm gebruikt, toont de besturing een contextgevoelig beeldschermtoetsenbord. U kunt met behulp van een keuzemenu de positie van het beeldschermtoetsenbord in het werkgebied selecteren of het beeldschermtoetsenbord verbergen. | |
Weergave van het NC-programma | Met de machineparameter lineBreak (nr. 105404) definieert u of de besturing meerregelige NC-functies compleet of ingeklapt weergeeft. |
Gereedschap
Thema | Beschrijving |
---|---|
Gereedschapstype | Het gereedschapstype Schijffrees (MILL_SIDE) is toegevoegd. |
Gereedschapsmodel (#140 / #5-03-2) | U kunt 3D-modellen voor boor- en freesgereedschappen en werkstuktastsystemen toevoegen. De besturing kan de gereedschapsmodellen tijdens de simulatie weergeven en meeberekenen, bijv. bij de dynamische botsingsbewaking DCM (#40 / #5-03-1). |
Cycli voor freesbewerking
Thema | Beschrijving |
---|---|
Cyclus 1274 OCM RONDE SLEUF (ISO: G1274) (#167 / #1-02-1) | Met deze cyclus definieert u een ronde sleuf die u in combinatie met andere OCM-cycli als kamer of begrenzing voor vlakfrezen kunt gebruiken. |
Coördinaattransformatie
Thema | Beschrijving |
---|---|
TRANS RESET | Met de NC-functie TRANS RESET kunt u alle eenvoudige coördinaattransformaties gelijktijdig terugzetten. |
Bestanden
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkstand Bestanden | In de instellingen van de werkstand Bestanden kunt u definiëren of de besturing verborgen en afhankelijke bestanden toont, bijv. het bestand GS-gebruik *.t.dep. |
Botsingsbewaking
Thema | Beschrijving |
---|---|
Spanmiddelen combineren | In het venster Nieuw spanmiddel kunt u meerdere spanmiddelen samenvoegen en als nieuw spanmiddel opslaan. Hierdoor kunt u complexe opspansituaties weergeven en bewaken. |
FUNCTION DCM DIST (#140 / #5-03-2) | Met de NC-functie FUNCTION DCM DIST kan de minimale afstand tussen gereedschap en spanmiddel voor de dynamische botsingsbewaking DCM (#40 / #5-03-1) worden gereduceerd. Minimale afstand voor DCM reduceren met FUNCTION DCM DIST (#140 / #5-03-2) |
Variabelen Programmering
Thema | Beschrijving |
---|---|
FN 18: SYSREAD (ISO: D18) | De functies van FN 18: SYSREAD (ISO: D18) zijn uitgebreid:
|
Grafisch programmeren
Thema | Beschrijving |
---|---|
Contouren in het grafische programmeren importeren | U kunt NC-regels in het grafische programmeren importeren die NC-functies voor coördinaattransformatie bevatten. |
Bedieningshulpmiddelen
Thema | Beschrijving |
---|---|
Snelmenu | Het venster NC-functie invoegen bevat een contextmenu. |
Werkstand Simulatie
Thema | Beschrijving |
---|---|
Venster Simulatie-instellingen | Met de schakelaar STL geoptimaliseerd opslaan (#152 / #1-04-1) kunt u een vereenvoudigd STL-bestand uitvoeren. Deze STL-bestanden zijn aangepast aan de functie BLK FORM FILE, bijv. bevatten max. 20.000 driehoeken. |
Tastsysteemfuncties in de werkstand Handmatig
Thema | Beschrijving |
---|---|
Venster Referentiepunt wijzigen | U kunt in het venster Referentiepunt wijzigen met behulp van de knop Wijzigingen toepassen en bestaande tastobjecten wissen huidige tastposities annuleren en een nieuw referentiepunt activeren. |
Programma-afloop
Thema | Beschrijving |
---|---|
Draadtappen vrijmaken | Wanneer het NC-programma tijdens een tapgatboring wordt gestopt, toont de besturing de knop Gereedschap vrijzetten. Wanneer u de knop selecteert en op de toets NC-start drukt, zet de besturing het gereedschap automatisch vrij. |
Tabellen
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkgebied Invoerscherm | Met behulp van het symbool Lay-out aanpassen in het werkgebied Invoerscherm kunt u kolommen toevoegen of verwijderen en de gebieden in de kolommen rangschikken. |
Ger.tabel | In de kolom TSHAPE van de gereedschapstabel selecteert u een 3D-bestand als gereedschapsmodel (#140 / #5-03-2). Daardoor kan de besturing complexe gereedschappen in de simulatie weergeven en voor de dynamische botsingsbewaking DCM (#40 / #5-03-1) in acht nemen. |
Vrij definieerbare tabellen | Met behulp van het symbool Tabeleigenschappen wijzigen kunt u bij vrij definieerbare tabellen bijv. nieuwe kolommen invoegen. |
Instellingen van de machinefabrikant | Met de machineparameter CfgTableCellLock (nr. 135600) definieert de machinefabrikant of en in welke gevallen afzonderlijke tabelcellen zijn geblokkeerd of beveiligd tegen schrijven. Machine-afhankelijk kunt u bijv. geen gereedschapstype wijzigen, zodra er zich gereedschap in de machine bevindt. |
Met de optionele machineparameter CfgTableCellCheck (nr. 141300) kan de machinefabrikant regels voor tabelkolommen definiëren. De machineparameter biedt de mogelijkheid kolommen als verplichte velden te definiëren of automatisch op een standaardwaarde terug te zetten. Wanneer niet aan de regel is voldaan, toont de besturing een aanwijzingssymbool. |
Override Controller
Thema | Beschrijving |
---|---|
Override Controller | Met de hardware-uitbreiding Override Controller OC 310 biedt de besturing de volgende mogelijkheden:
|
Geïntegreerde Functional Safety FS
Thema | Beschrijving |
---|---|
Veiligheidsfunctie SLP (safely limited position) | Met de machineparameter safeAbsPosition (nr. 403130) definieert de machinefabrikant of de veiligheidsfunctie SLP voor een as actief is. Wanneer de veiligheidsfunctie SLP niet actief is, bewaakt de Functional Safety FS de as zonder controle na het starten. De besturing duidt de as aan met een grijze gevarendriehoek. |
Besturingssysteem HEROS
Thema | Beschrijving |
---|---|
HEROS-menu | In de HEROS-instellingen kunt u de helderheid van het beeldscherm van de besturing instellen. |
U kunt in het venster Screenshot-instellingen definiëren onder welk pad en bestandsnaam de besturing screenshots opslaat. De bestandsnaam kan een jokerteken bevatten, bijv. %N voor een doorlopende nummering. | |
De HEROS-tool Diffuse is toegevoegd. U kunt tekstbestanden vergelijken en samenvoegen. De besturing biedt met deze tool een aanvulling op de functie Programmavergelijking voor NC-programma's. |
Gewijzigde en geavanceerde functies
Bediening
Thema | Beschrijving |
---|---|
Dark Mode | Met de machineparameter darkModeEnable ((nr. 135501) definieert de machinefabrikant of de functie Dark Mode beschikbaar is. |
Titelbalk van de werkgebieden | De besturing groepeert de symbolen van de titelbalk afhankelijk van de grootte van een werkgebied in een keuzemenu. |
Statusweergaven
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkgebied Posities | Als het handwiel actief is, toont de besturing in het werkgebied Posities een symbool bij de geselecteerde as. Het symbool geeft aan of u de as met het handwiel kunt verplaatsen. |
Wanneer de assen met actieve M136 verplaatsen, toont de besturing in het werkgebied Posities en in het tabblad POS van het werkgebied Status de aanzet in mm/U. | |
Statusoverzicht in de TNC-balk | U kunt de modus van de digitale uitlezing in het statusoverzicht van de TNC-balk onafhankelijk van het werkgebied Posities selecteren, bijv. Act. positie (IST). |
Werkgebied Status | In het tabblad FN 16 van het werkgebied Status kunt u het gedeelte Uitvoer met de knop Wissen leegmaken. |
Het tabblad QPARA kan in elk gedeelte 22 in plaats van 10 variabelen tonen. | |
Handmatige bediening
Thema | Beschrijving |
---|---|
Handwiel | Wanneer u de werkstand Handmatig selecteert, deactiveert de besturing het handwiel. |
Basisprincipes van het programmeren
Thema | Beschrijving |
---|---|
Werkstand Programmeren | U kunt de volgorde van de tabbladen in de werkstand Programmeren wijzigen. |
Werkgebied Programma | De besturing toont in de titelbalk van het werkgebied Programma symbolen voor de functies Knippen, Kopiëren en Invoegen. |
Terwijl u een NC-regel bewerkt, kunt u met Ongedaan afzonderlijke wijzigingen aan syntaxiselementen ongedaan maken. | |
Venster NC-functie invoegen | De besturing toont bij het zoeken in het venster NC-functie invoegen ook zoekresultaten die de gezochte term bevatten, alsmede vervangingsfuncties, gerelateerde of gelijkwaardige functies. |
Helpscherm | Wanneer u een NC-regel bewerkt, toont de besturing bij sommige NC-functies een helpscherm met het actuele syntaxiselement als apart venster. Vanuit het aparte venster kunt u het werkgebied Help of de TNCguide openen. |
Modus teksteditor | Als u een willekeurig teken in de modus teksteditor invoert, voegt de besturing een nieuwe regel in. |
Als u een cyclus programmeert met actieve autovoltooiing, biedt de besturing de mogelijkheden Alleen achterwaarts compatibele cyclusparameters of met optionele cyclusparameters. U kunt optionele cyclusparameters ook naderhand nog invoegen. | |
De besturing toont in het keuzemenu van de modus Teksteditor naast het mogelijke syntaxiselement mogelijke waarden, bijv. bij de letter M. | |
De besturing toont ook in de modus Teksteditor een helpscherm. | |
U kunt in de teksteditor-modus een regeleinde invoegen. |
Gereedschap
Thema | Beschrijving |
---|---|
Gereedschapsgegevens | Het gereedschapstype Draadsnijgereedschap bevat de parameter SPB-Insert (#50 / #4-03-1). |
Geïndexeerd gereedschap | In het venster Gereedschap invoegen is het selectievakje Index toegevoegd. Wanneer u het selectievakje selecteert, voegt de besturing het volgende vrije indexnummer in. |
Wanneer u een geïndexeerd gereedschap maakt, kopieert de besturing de gereedschapsgegevens van de vorige tabelregel. De vorige tabelregel kan het hoofdgereedschap of een aanwezig geïndexeerd gereedschap zijn. | |
Wanneer u een hoofdgereedschap wist, wist de besturing ook alle bijbehorende geïndexeerde gereedschappen. | |
Gereedschapsgebruiktest | De besturing toont in de gebieden Gebruik van gereedschap en Controle van gereedschap van de kolom Controle van gereedschap het symbool Actualiseren. U kunt een bestand GS-gebruik maken en de gereedschapsgebruiktest uitvoeren. |
Programmeertechnieken
Thema | Beschrijving |
---|---|
NC-componenten | U kunt voor NC-componenten een schrijfbeveiliging activeren en deactiveren. |
Contour- en puntdefinities
Thema | Beschrijving |
---|---|
SEL CONTOUR | U kunt de deelcontouren binnen de complexe contourformule SEL CONTOUR ook als subprogramma's LBL definiëren. |
PATTERN DEF | Het venster NC-functie invoegen bevat elke patroondefinitie van de functie PATTERN DEF afzonderlijk. |
Cyclus 220 PATROON OP CRKL (ISO: G220) en Cyclus 221 MODEL OP LIJN (ISO: G221) | De machinefabrikant kan de cycli 220 PATROON OP CRKL (ISO: G220) en 221 MODEL OP LIJN (ISO: G221) verbergen. Gebruik bij voorkeur de functie PATTERN DEF. |
Cycli voor freesbewerking
Thema | Beschrijving |
---|---|
Cyclus 225 GRAVEREN (ISO: G225) | De parameter Q515 LETTERTYPE in de cyclus 225 GRAVEREN (ISO: G225) is uitgebreid met de invoerwaarde 1. Met deze invoerwaarde selecteert u het lettertype LiberationSans-Regular. |
Cyclus 208 BOORFREZEN (ISO: G208) en Cycli 127x OCM-standaardfreescycli (#167 / #1-02-1) | U kunt symmetrische toleranties voor de nominale maten invoeren, bijv. 10+-0.5. |
Cyclus 287 TANDWIEL ROLSTEKEN (ISO: G287) (#157 / #4-05-1) | De cyclus 287 TANDWIEL ROLSTEKEN (ISO: G287) (#157 / #4-05-1) is uitgebreid:
|
Cyclus 286 TANDW. AFWIKKELFREZEN (ISO: G286) (#157 / #4-05-1) en Cyclus 287 TANDWIEL ROLSTEKEN (ISO: G287) (#157 / #4-05-1) | De machinefabrikant kan voor de cycli 286 TANDW. AFWIKKELFREZEN (ISO: G286) (#157 / #4-05-1) en 287 TANDWIEL ROLSTEKEN (ISO: G287) (#157 / #4-05-1) de automatische LIFTOFF afwijkend configureren. Basisprincipes voor het maken van vertandingen (#157 / #4-05-1) |
Cycli voor freesbewerking (#50 / #4-03-1)
Thema | Beschrijving |
---|---|
Cyclus 800 DRAAISYST. AANPASSEN (ISO: G800) (#50 / #4-03-1) | De cyclus 800 DRAAISYST. AANPASSEN (ISO: G800) (#50 / #4-03-1) is uitgebreid:
|
Bestanden
Thema | Beschrijving |
---|---|
Bestandsfuncties | Wanneer er bestandsfuncties bij een geselecteerde map of bestand beschikbaar zijn, toont de besturing drie punten onder het symbool. |
Wanneer u een bestand kopieert en weer in dezelfde map plakt, voegt de besturing de toevoeging _1 aan de bestandsnaam toe. De besturing telt het nummer bij iedere volgende kopie doorlopend op. | |
Bestandsvoorbeeld | De besturing toont met behulp van symbolen in de bestandsvoorbeeld of een bestand compleet of slechts gedeeltelijk wordt getoond. |
Werkgebied Document | Het werkgebied Document bevat een balk met bestandsinformatie die het bestandspad weergeeft. |
Het werkgebied Document biedt extra functies voor PDF-bestanden, zoals zoeken of de inhoud schalen. | |
U kunt in het venster Internet URL’s markeren als bladwijzer. | |
Werkgebieden Snelkeuze | Het werkgebied Snelkeuze in de werkstand Programmeren is in de volgende gebieden onderverdeeld:
|
De functie Nieuwe tabel opstellen in het werkgebied Snelkeuze nieuwe tabel is herzien. U kunt bijvoorbeeld zoeken naar de tabeltypen en favorieten toevoegen. |
Bewaking
Thema | Beschrijving |
---|---|
Componentenbewaking (#155 / #5-02-1) | Als een component niet is geconfigureerd of niet kan worden bewaakt, geeft de besturing de bewerking in de heatmap grijs weer. |
Procesbewaking | De door HEIDENHAIN voorgedefinieerde bewakingstaken zijn geactualiseerd en uitgebreid, bijv. vanwege signalen en procedures. De machinefabrikant kan extra bewakingstaken configureren. |
U hoeft referentiebewerkingen niet meer expliciet te selecteren. U beoordeelt registraties als goed of foutief onderdeel. De besturing gebruikt de eerste tien als goed-onderdeel beoordeelde registraties automatisch als referentiebewerkingen. | |
De registraties van de bewerkingen kunnen handmatig of automatisch als protocolbestand worden geëxporteerd. | |
Registraties en instellingen van eerdere softwareversies zijn niet compatibel met softwareversie 18. |
Additionele functies
Thema | Beschrijving |
---|---|
Extra functies voor de spil | In de draaimodus moet u de additionele functies voor de draaispil met andere nummers programmeren, bijv. M303 in plaats van M3 (#50 / #4-03-1). De machinefabrikant definieert de gebruikte nummers. Met de optionele machineparameter CfgSpindleDisplay (nr. 139700) definieert de machinefabrikant welke additionele functienummers de besturing in de statusweergave toont. |
Toepassing Handbediening | Met de optionele machineparameter forbidManual (nr. 103917) definieert de machinefabrikant welke additionele functies in de toepassing Handbediening zijn toegestaan en in het keuzemenu worden aangeboden. |
Variabelen Programmering
Thema | Beschrijving |
---|---|
Formules | Wanneer u binnen de NC-functies FORMULE, Stringformule en Contourformule op de spatietoets drukt, toont de besturing alle huidige mogelijke syntaxiselementen in de actiebalk. |
Met de toets -/+ kunt u bij formules het voorteken wijzigen. |
Grafisch programmeren
Thema | Beschrijving |
---|---|
Venster Contourinstellingen | De besturing slaat de instellingen van het venster Contourinstellingen permanent op. Alleen de instellingen Vlak en Diameterprogrammering worden niet opgeslagen. |
CAD Viewer
Thema | Beschrijving |
---|---|
CAD Import (#42 / #1-03-1) | Wanneer u in de CAD Viewer contouren en posities selecteert, kunt u met touchbewegingen het werkstuk roteren. Wanneer u touchbewegingen gebruikt, toont de besturing geen elementinformatie. Contouren en posities in NC-programma's overnemen met CAD Import (#42 / #1-03-1) |
De CAD Import (#42 / #1-03-1) deelt contouren die niet in het bewerkingsvlak liggen in afzonderlijke gedeeltes op. Hierbij maakt de CAD Viewer zo lang mogelijke rechte lijnen L en cirkelbogen. De gemaakte NC-programma's zijn vaak aanzienlijk korter en overzichtelijker dan CAM-gegenereerde NC-programma's. Daarom zijn de contouren beter geschikt voor cycli, bijv. OCM-cycli (#167 / #1-02-1). | |
De CAD Import voert de radiussen van de gemaakte cirkelbanen als commentaar uit. Aan het einde van de gegenereerde NC-regels toont de CAD Import de kleinste radius om de gereedschapsselectie te vergemakkelijken. | |
De besturing biedt in het venster Cirkelmiddelpunten op diameterbereik zoeken de mogelijkheid om op de diepten van de posities te filteren. Contouren en posities in NC-programma's overnemen met CAD Import (#42 / #1-03-1) |
ISO
Thema | Beschrijving |
---|---|
ISO-programmering | In combinatie met de ISO-programmering biedt de besturing de volgende functies:
|
Bedieningshulpmiddelen
Thema | Beschrijving |
---|---|
Commentaar en structureringspunten | U kunt binnen commentaren en indelingspunten regelteruglopen invoegen. |
Kolom Indeling | U kunt structuurelementen van de kolom Indeling met behulp van het contextmenu markeren. De besturing markeert ook alle desbetreffende NC-regels. |
Kolom Zoeken in het werkgebied Programma | Wanneer u Zoeken en vervangen gebruikt, sluit de besturing eventueel opgeroepen NC-programma's. |
De begrenzing van de functie Alles vervangen is gewijzigd van 10.000 in 100.000. | |
Calculator | U kunt met de calculator waarden van mm naar inch omrekenen en omgekeerd. |
De calculator heeft aparte knoppen voor de trigonometrische functies arcsin, arccos en arctan. | |
Meldingsmenu | U kunt met behulp van de knop Instelling Autosave maximaal vijf foutnummers definiëren waarvoor de besturing automatisch een servicebestand maakt wanneer deze zich voordoen. |
U kunt met behulp van een schakelaar definiëren of de besturing gegevens van de procesbewaking (#168 / #5-01-1) over het huidige NC-programma in het servicebestand opslaat. |
Werkstand Simulatie
Thema | Beschrijving |
---|---|
Venster Simulatie-instellingen | In de werkstand Programmeren kan het werkgebied Simulatie slechts voor één NC-programma geopend zijn. Wanneer u het werkgebied in een ander tabblad wilt openen, vraagt de besturing om bevestiging. De vraag is afhankelijk van de simulatie-instellingen en de status van de actieve simulatie. |
Referentiepunt | U kunt, voordat u de stroomonderbreking bevestigt, een referentiepunt voor het werkgebied Simulatie selecteren. |
Uitgebreide controle | U kunt binnen de functie Uitgebreide controle de volgende controles afzonderlijk activeren:
|
Tastsysteemfuncties in de werkstand Handmatig
Thema | Beschrijving |
---|---|
Tastproces | Wanneer u een handmatige tastsysteemfunctie selecteert, biedt de besturing automatisch de laatst binnen deze functie gebruikte tastrichting. |
De besturing toont na elk tastproces in het bereik Meting waarin de as is getast. | |
Wanneer een tastpositie niet is bereikt, kunt u het tasten met de toets NC-start voortzetten. | |
Automatische tastmethode | Wanneer u binnen een tastsysteemfunctie de automatische tastmethode selecteert, gebruikt de besturing als veiligheidsafstand de som van de kolom SET_UP en de radius van de tastkogel. U kunt de veiligheidsafstand niet kleiner invoeren dan de waarde in de kolom SET_UP van de tastsysteemtabel. Cirkelmiddelpunt van een tap bepalen met de automatische tastmethode |
Tastsysteemfunctie Vlak via cilinder (PLC) | In de tastsysteemfunctie Vlak via cilinder (PLC) vindt de tweede meting standaard in omgekeerde volgorde van de eerste meting plaats. Daardoor kan de voorpositionering in het tastvlak vervallen, omdat de besturing de actuele hoek als starthoek gebruikt. |
Tastsysteem kalibreren | Wanneer u de radius van een tastsysteem met een kalibreerkogel hebt gekalibreerd, opent de besturing automatisch de functie 3D-kalibreren (#92 / #2-02-1). |
Venster Referentiepunt wijzigen | U kunt in het venster Referentiepunt wijzigen een ander referentiepunt invoeren. |
Tastcycli voor het werkstuk
Thema | Beschrijving |
---|---|
Tastcycli 14xx om de scheve ligging van het werkstuk te bepalen en het referentiepunt vast te leggen | U kunt symmetrische toleranties voor de nominale maten invoeren, bijv. 10+-0.5. |
Cyclus 441 SNEL AANTASTEN (ISO: G441) | De cyclus 441 SNEL AANTASTEN (ISO: G441) is uitgebreid met de parameter Q371 REACTIE TASTPOSITIE. Met deze parameter definieert u de reactie van de besturing wanneer de taststift niet uitwijkt. |
Met de parameter Q400 ONDERBREKING in de cyclus 441 SNEL AANTASTEN (ISO: G441) kunt u definiëren of de besturing de programma-afloop onderbreekt en een meetprotocol toont. De parameter werkt in combinatie met de volgende cycli:
|
Tastcycli voor het gereedschap
Thema | Beschrijving |
---|---|
Gereedschapsmeetcycli 48x | Met de optionele machineparameter maxToolLengthTT (nr. 122607) definieert de machinefabrikant een maximale gereedschapslengte voor tastcycli. Wanneer een gereedschap in de gereedschapstabel met de lengte L = 0 is gedefinieerd, gebruikt de besturing de waarde van de machineparameter als startpunt voor een globale meting van de lengte. Vervolgens vindt een fijne meting plaats. |
Met de optionele machineparameter calPosType (nr. 122606) definieert de machinefabrikant of de besturing bij het kalibreren en meten rekening houdt met de positie van parallelle assen en met veranderingen van de kinematica. Een verandering van de kinematica kan bijv. een kopwissel zijn. |
Tastcycli voor het meten van de kinematica
Thema | Beschrijving |
---|---|
Cyclus 451 KINEMATICA OPMETEN (ISO: G451) (#48 / #2-01-1) en 452 PRESET-COMPENSATIE (ISO: 452) (#48 / #2-01-1) | De cycli 451 KINEMATICA OPMETEN (ISO: G451) (#48 / #2-01-1) en 452 PRESET-COMPENSATIE (ISO: 452) (#48 / #2-01-1) slaan in de QS-parameters QS144 tot QS146 gemeten positiefouten van de rotatieassen op. |
Programma-afloop
Thema | Beschrijving |
---|---|
Aanzetbegrenzing | De knop voor aanzetbegrenzing en bijbehorende functies zijn van FMAX in F LIMIT hernoemd. |
Uitvoeringscursor | De besturing toont de uitvoeringscursor altijd op de voorgrond. De uitvoeringscursor overlapt of verbergt eventueel andere symbolen. |
Referentiepunten | Wanneer u een NC-programma in de modus Regel voor regel afwerkt, kunt u de referentiepunttabel bewerken. De besturing toont vóór het bewerken een vraag om bevestiging dat de programma-afloop wordt afgebroken. |
Tabellen
Thema | Beschrijving |
---|---|
Nieuwe tabel opstellen | Wanneer u in het bestandsbeheer een nieuwe tabel maakt, bevat de tabel nog geen informatie over de benodigde kolommen. Wanneer u de tabel voor de eerste keer opent, opent de besturing het venster Onvolledige tabellay-out in de werkstand Tabellen. In het venster Onvolledige tabellay-out kunt u een tabelsjabloon selecteren met behulp van een keuzemenu. De besturing toont welke tabelkolommen eventueel worden toegevoegd of verwijderd. |
Tabel bewerken | Om een tabelinhoud te bewerken, kunt u ook de tabelcel dubbel tikken of klikken. De besturing toont het venster Bewerken uitgeschakeld. Inschakelen?. U kunt de waarden voor bewerken vrijgeven of de procedure afbreken. |
Wanneer u in de werkstand Tabellen een tabelregel kopieert of uitsnijden, biedt de besturing voor het invoegen de functies Overschrijven of Toevoegen. | |
Als u de inhoud van een cel selecteert met behulp van een selectievenster, toont de besturing de knop Item wissen. | |
Werkgebied Tabel | De functie Kolombreedte wijzigen blijft actief wanneer u een andere kolom selecteert. |
Werkgebied Invoerscherm | De besturing toont in het werkgebied Invoerscherm voor tabellen helpschermen waarin de parameters van schuurgereedschappen actief zijn. |
Toegang tot tabelwaarden | U kunt in de NC-functies TABDATA WRITE, TABDATA ADD, en FN 27: TABWRITE (ISO: D27) Waarden direct invoeren. Tabelwaarde schrijven met TABDATA WRITE |
Gereedschapsbeheer | U kunt geen gereedschappen wissen die in de plaatstabel zijn ingevoerd. De besturing toont de knop grijs. |
Het keuzevenster voor 3D-bestanden biedt een zoekfunctie. | |
Wanneer u een nieuwe tabelregel in het gereedschapsbeheer met de knop Gereedschap invoegen invoegen, stelt de besturing het volgende vrije regelnummer voor. | |
U kunt met de knop Gereedschappen vanuit sommige werkstanden en toepassingen naar de Gereedschapsbeheer gaan. |
Toepassing Instellingen
Thema | Beschrijving |
---|---|
OPC UA NC Server (#56-61 / #3-02-1*) | Binnen de menuoptie OPC UA kunt u met een knop de OPC UA NC Server handmatig starten of opnieuw starten. |
De OPC UA NC Server biedt de mogelijkheid om servicebestanden te maken. | |
De OPC UA NC Server ondersteunt het veiligheidsbeleid Aes128Sha256RsaOaep en Aes256Sha256RsaPss. | |
PKI Admin | |
De PKI Admin is met het tabblad Uitgebreide instellingen uitgebreid. U kunt opgeven of het servercertificaat statische IP-adressen moet bevatten en verbindingen zonder het bijbehorende CRL-bestand toestaat. | |
Veilige verbindingen | De besturing toont met behulp van een symbool of een verbindingsconfiguratie veilig of onveilig is. |
De besturing ondersteunt bij toekomstige softwareversies geen LSV2-protocollen meer. | |
Configuraties van de besturingsinterface | In het menu-item Configuraties zijn de volgende knoppen toegevoegd:
|
Gebruikersbeheer
Thema | Beschrijving |
---|---|
Aanmelden met functiegebruiker | Uw IT-beheerder kan een functionele gebruiker instellen om verbinding met het Windows-domein te vergemakkelijken. |
Aanmelding bij Windows-domein | Wanneer u de besturing met het Windows-domein hebt verbonden, kunt u de benodigde configuraties voor andere besturingen exporteren. |
Machineparameters
Thema | Beschrijving |
---|---|
Weergave van de machineparameters | In het werkgebied Lijst in de configuratie-editor kunt u met een symbool omschakelen tussen de structuur- en tabelweergave. |
Stretchfilter | De machineparameter CfgStretchFilter (nr. 201100) is verwijderd. |