(#140 / #5-03-2)
Toepassing
Met behulp van het gereedschapsmodel kunt u een gereedschapsdefinitie aanvullen, bijv. bij afbramen vooruit of achteruit.
De besturing gebruikt het gereedschapsmodel uitsluitend voor de volgende functies:
- Weergave in het werkgebied Simulatie
- Rekening houden met de Dynamische botsingsbewaking DCM (#40 / #5-03-1)
De besturing gebruikt het gereedschapsmodel niet voor baanbewegingen, bijv. Bij de radiuscorrectie of bij FUNCTION TCPM.
Verwante onderwerpen
- Werkgebied Simulatie
- Dynamische botsingsbewaking DCM (#40 / #5-03-1)
- Gereedschapshouderbeheer
- 3D-model van het gereedschap valideren met OPC UA NC-server (#56-61 / #3-02-1*)
Voorwaarden
- Software-optie Dynamische botsingsbewaking DCM versie 2 (#140 / #5-03-2)
- Gereedschap is in Gereedschapsbeheer gedefinieerd
- Geschikt gereedschapsmodel beschikbaar
U moet het gereedschapsmodel opslaan in de map Toolshapes.
Pad: TNC:\system\Toolshapes
- Gereedschapsmodel aan het gereedschap toegewezen
Functiebeschrijving
U kunt het gereedschapsmodel bij de volgende gereedschapstypen gebruiken:
- Freesgereedschap
- Boorgereedschap
- Tastsystemen
Eisen aan het gereedschapsmodel
Algemene eisen
Het gereedschapsmodel moet aan de volgende algemene eisen voldoen:
- Toegestane tekens voor bestandsnamen gebruiken
- Ondersteunde indeling gebruiken
- M3D-bestand
- STL-bestand
- Max. 20 000 driehoeken
- Driehoekig net vormt een gesloten omhulsel
- Tip
Voor gereedschapshouders gelden dezelfde eisen aan STL- en M3D-bestanden als bij spanmiddelen.
Eisen aan het coördinatenstelsel
Het coördinatenstelsel van het gereedschapsmodel moet aan de volgende eisen voldoen:
- De Z-as is de rotatieas van het gereedschapsmodel.
De besturing lijnt het gereedschapsmodel parallel aan het gereedschapscoördinatensysteem T-CS uit.
- De coördinatenoorsprong van het 3D-model moet altijd identiek zijn aan het opgemeten punt van het gereedschap. Wanneer u het gereedschap op de gereedschapspunt meet, moet u ook de coördinatenoorsprong van het 3D-model bij de gereedschapspunt vastleggen.
- Tip
Wanneer u een kogelfrees op het midden van de kogel hebt opgemeten, moet daarvoor de coördinatenoorsprong op het midden van de kogel worden geplaatst.
Gereedschapmodel toewijzen
U kunt als volgt een gereedschapsmodel toewijzen aan een gereedschap: | ||
| ||
| ||
| ||
| ||
|
De besturing houdt pas rekening met het gereedschapsmodel na de volgende gereedschapsoproep.
Instructies
- De besturing houdt altijd rekening met een toegewezen gereedschapsmodel, bijv. ook bij een gereedschapsradius R=0. De simulatie toont de juiste vorm van het gereedschapsmodel, bijv. in combinatie met een CAM-uitvoer naar de middelpuntsbaan.
- Als u een gereedschap verwijdert, verwijdert u het gereedschapsmodel ook uit de map Toolshapes. Hierdoor kunt u voorkomen dat per ongeluk bij een ander gereedschap naar het gereedschapsmodel wordt verwezen.
- De kolom LCUTS van de gereedschapstabel is onafhankelijk van het nulpunt van het gereedschapsmodel. De waarde geldt uitgaande van de gereedschapspunt van het gereedschap en werkt in positieve richting van de Z-as.
- Ook wanneer in de besturing of in het NC-programma de maateenheid inch actief is, interpreteert de besturing de maten van 3D-bestanden in mm.