Cyclus 206 DRAADTAPPEN
ISO-programmering
G206
Toepassing
Verwante onderwerpen
- Cyclus 207 SCHR. TAPPEN GS zonder voedingscompensatie
- Cyclus 209 SCHRDR.BOR. SPAANBR. zonder voedingscompensatie, echter optioneel met spaanbreken
Cyclusverloop
- De besturing positioneert het gereedschap in de spilas in ijlgang met FMAX naar de ingevoerde veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak
- Het gereedschap verplaatst zich in één slag naar boordiepte
- Vervolgens wordt de rotatierichting van de spil omgekeerd en het gereedschap na de stilstandtijd naar de veiligheidsafstand teruggetrokken. Indien een 2e veiligheidsafstand is ingevoerd, verplaatst de besturing het gereedschap met FMAX daarheen
- Op veiligheidsafstand wordt de spilrotatierichting opnieuw omgekeerd
Het gereedschap moet in een voeding met lengtecompensatie opgespannen zijn. De voeding met lengtecompensatie compenseert toleranties van aanzet en toerental tijdens de bewerking.
Instructies
- Diepte negatief invoeren
- Met machineparameter displayDepthErr (nr. 201003) instellen of de besturing bij de invoer van een positieve diepte een foutmelding af dient te geven (on) of niet (off)
- Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE MILL uitvoeren.
- Voor rechtse draad spil met M3 activeren, voor linkse draad met M4.
- In cyclus 206 berekent de besturing de spoed op basis van het geprogrammeerde toerental en de in de cyclus gedefinieerde aanzet.
- Deze cyclus bewaakt de gedefinieerde werklengte LU van het gereedschap. Wanneer deze kleiner is dan de DRAADDIEPTE Q201, komt de besturing met een foutmelding.
Aanwijzingen voor het programmeren
- Positioneerregel naar het startpunt (midden van de boring) van het bewerkingsvlak met radiuscorrectie R0 programmeren
- Het voorteken van de cyclusparameter Diepte legt de werkrichting vast. Wanneer diepte = 0 wordt geprogrammeerd, voert de besturing de cyclus niet uit.
Aanwijzing in combinatie met machineparameters
- Met de machineparameter CfgThreadSpindle (nr. 113600) definieert u het volgende:
- sourceOverride (nr. 113603):
FeedPotentiometer (Default) (toerental-override is niet actief), de besturing past het toerental vervolgens overeenkomstig aan
Spilpotentiometer (aanzet override is niet actief) - thrdWaitingTime (nr. 113601): deze tijd wordt gewacht bij de draadkern na spilstop
- ThrdPreSwitch (nr. 113602): de spil wordt om deze tijd vóór het bereiken van de draadkern gestopt
- sourceOverride (nr. 113603):
Cyclusparameters
Helpscherm | Parameter |
---|---|
Q200 Veiligheidsafstand? Afstand tussen gereedschapspunt en werkstukoppervlak. De waarde werkt incrementeel. Richtwaarde: 4x spoed Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF | |
Q201 Draaddiepte ? Afstand tussen werkstukoppervlak en draadkern. De waarde werkt incrementeel. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q206 Aanzet diepteverplaatsing? Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het schroefdraad tappen Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO | |
Q211 Stilstandstijd onder? Waarde tussen 0 en 0,5 seconden invoeren, om te voorkomen dat het gereedschap zich tijdens het terugtrekken in het materiaal vastzet. Invoer: 0...3600.0000 Alternatief PREDEF | |
Q203 Coörd. werkstukoppervlakte? Coördinaat van het werkstukoppervlak met betrekking tot het actieve nulpunt. De waarde werkt absoluut. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q204 2e veiligheidsafstand? Afstand in de gereedschapsas tussen gereedschap en werkstuk (spanmiddel) waarbij een botsing is uitgesloten. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF |
11 CYCL DEF 206 DRAADTAPPEN ~ | ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
12 CYCL CALL |
Aanzet bepalen: F = S x p
F: | aanzet mm/min) |
S: | Spiltoerental (omw/min) |
p: | spoed (mm) |
Terugtrekken bij gestopt NC-programma
U kunt een draadsnijgereedschap in gestopte toestand als volgt vrijmaken:
| ||
|
- Werkstand Programma-afloop
Wanneer u het NC-programma met NC-stop stopt, toont de besturing de knop Gereedschap vrijzetten.
- Toepassing MDI:
Wanneer u een schroefdraadcyclus oproept, verschijnt de knop Gereedschap vrijzetten. De knop wordt grijs weergegeven totdat u op NC-stop drukt.