Selectiefuncties
NC-programma oproepen
Met de NC-functie % roept u vanuit een NC-programma een ander, afzonderlijk NC-programma op.
N110 %TNC:\nc_prog\reset.i | ; NC-programma oproepen |
% komt overeen met de klaartekstsyntaxis CALL PGM.
Nulpunttabel in het NC-programma selecteren
Met de NC-functie %:TAB: kunt u vanuit een NC-programma een nulpunttabel activeren.
N110 %:TAB: "TNC:\table\zeroshift.d" | ; Nulpunttabel activeren |
%:TAB: komt overeen met de klaartekstyntaxis SEL TABLE.
Puntentabel selecteren
Met de NC-functie %:PAT: kunt u vanuit een NC-programma een puntentabel activeren.
N110 %:PAT: "TNC:\nc_prog\positions.pnt" | : Puntentabel activeren |
%:PAT: komt overeen met de klaartekstyntaxis SEL PATTERN.
NC-programma met contourdefinities selecteren
Met de NC-functie %:CNT: kunt u vanuit een NC-programma een ander NC-programma met een contourdefinitie selecteren.
N110 %:PAT: "TNC:\nc_prog\contour.h" | ; NC-programma met contourdefinities selecteren |
%:CNT: komt overeen met de klaartekstyntaxis SEL CONTOUR.
NC-programma selecteren en oproepen
Met de NC-functie %:PGM: kunt u een ander, afzonderlijk NC-programma selecteren. Met de NC-functie %<>% roept u het geselecteerde NC-programma op een andere plaats in het actieve NC-programma op.
N110 %:PGM: "TNC:\nc_prog\reset.i" | ; NC-programma selecteren |
* - ... | |
N210 %<>% | ; Geselecteerd NC-programma oproepen |
%:PGM: en %<>% komen overeen met de klaartekstyntaxis SEL PGM en CALL SELECTED PGM.
NC-programma oproepen met CALL PGM
NC-programma selecteren en oproepen met SEL PGM en CALL SELECTED PGM
NC-programma als cyclus definiëren:
Met de NC-functie G: : kunt u vanuit een NC-programma een ander NC-programma als bewerkingscyclus definiëren.
N110 G: : "TNC:\nc_prog\cycle.i" | ; NC-programma als bewerkingscyclus definiëren: |
G : komt overeen met de klaartekstyntaxis SEL CYCLE.
NC-programma als cyclus definiëren en oproepen