Cyclus 852 STEEKDR. UITG. AXIAL

ISO-programmering

G852

Toepassing

 
Machine

Raadpleeg uw machinehandboek!

Deze functie moet door de machinefabrikant vrijgegeven en aangepast worden.

Met deze cyclus kunt u rechthoekige sleuven in dwarsrichting steekdraaien. Bij steekdraaien wordt afwisselend een steekbeweging naar diepte-instelling en vervolgens een voorbewerkingsbeweging uitgevoerd. Hierdoor vindt de bewerking met zo weinig mogelijk vrijzet- en aanzetbewegingen plaats. Uitgebreide beschikbare functies:

  • Aan het begin en einde van de contour kunt u een afkanting of afronding invoegen
  • In de cyclus kunt u hoeken voor zijwanden van de sleuf definiëren
  • In de contourhoeken kunt u radiussen invoegen

U kunt de cyclus naar keuze gebruiken voor voorbewerking, nabewerking of complete bewerking. Bij de voorbewerking wordt er asparallel verspaand.

U kunt de cyclus voor bewerking aan de binnen- en buitenzijde gebruiken. Als de startdiameter Q491 groter is dan de einddiameter Q493, voert de cyclus een bewerking aan de buitenzijde uit. Als de startdiameter Q491 kleiner is dan de einddiameter Q493, voert de cyclus een bewerking aan de binnenzijde uit.

Cyclusverloop voorbewerken

De besturing gebruikt de gereedschapspositie bij de cyclusoproep als startpunt van de cyclus. Als de Z-coördinaat van het startpunt kleiner is dan Q492 contourstart Z, positioneert de besturing het gereedschap in de Z-coördinaat op Q492 en start de cyclus vanaf die positie.

  1. Vanaf het startpunt van de cyclus voert de besturing een steekbeweging tot de eerste diepte-instelling uit.
  2. De besturing verspaant het gedeelte tussen startpositie en eindpunt in dwarsrichting met de gedefinieerde aanzet Q478.
  3. Indien in de cyclus de invoerparameter Q488 is gedefinieerd, worden insteekelementen met deze insteekaanzet bewerkt.
  4. Als er in de cyclus slechts één bewerkingsrichting Q507=1 is geselecteerd, zet de besturing het gereedschap met de veiligheidsafstand vrij, verplaatst zich in ijlgang terug en benadert de contour weer met de gedefinieerde aanzet. Bij bewerkingsrichting Q507=0 vindt de verplaatsing aan beide zijden plaats.
  5. Het gereedschap steekt in tot de volgende diepte-instelling.
  6. De besturing herhaalt dit proces (2 t/m 4) totdat de sleufdiepte is bereikt.
  7. De besturing positioneert het gereedschap terug naar veiligheidsafstand en voert aan beide zijwanden een steekbeweging uit.
  8. De besturing verplaatst het gereedschap in ijlgang terug naar het startpunt van de cyclus.

Cyclusverloop nabewerken

De besturing gebruikt de gereedschapspositie bij de cyclusoproep als startpunt van de cyclus. Als de Z-coördinaat van het startpunt kleiner is dan Q492 contourstart Z, positioneert de besturing het gereedschap in de Z-coördinaat op Q492 en start de cyclus vanaf die positie.

  1. De besturing positioneert het gereedschap in ijlgang naar de eerste sleufzijde.
  2. De besturing bewerkt de zijwand van de sleuf na met de gedefinieerde aanzet Q505.
  3. De besturing bewerkt de bodem van de sleuf na met de gedefinieerde aanzet. Als een radius voor de contourhoeken Q500 is ingevoerd, bewerkt de besturing de complete sleuf in één cyclus compleet na.
  4. De besturing trekt het gereedschap in ijlgang terug.
  5. De besturing positioneert het gereedschap in ijlgang naar de tweede sleufzijde.
  6. De besturing bewerkt de zijwand van de sleuf na met de gedefinieerde aanzet Q505.
  7. De besturing positioneert het gereedschap in ijlgang terug naar het startpunt van de cyclus.

Instructies

  • Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE TURN uitvoeren.
  • De gereedschapspositie bij de cyclusoproep bepaalt de grootte van het te verspanen gedeelte (startpunt van de cyclus).
  • Vanaf de tweede verplaatsing reduceert de besturing elke volgende snijbeweging met 0,1 mm. Hierdoor wordt de zijdelingse druk op het gereedschap verminderd. Als in de cyclus een verspringingsbreedte Q508 is ingevoerd, reduceert de besturing de snijbeweging met deze waarde. Het restmateriaal wordt aan het einde van het voorsteken met een steekslag verspaand. De besturing komt met een foutmelding wanneer de zijdelingse verspringing 80% van de effectieve snijkantbreedte overschrijdt effectieve snijkantbreedte = snijkantbreedte – 2*snijkantradius).
  • Als in CUTLENGTH een waarde is ingevoerd, dan wordt deze in acht genomen bij het voorbewerken in de cyclus. Er volgt een aanwijzing en een automatische verlaging van de diepte-instelling.

Aanwijzing voor het programmeren

  • Positioneerregel vóór het oproepen van de cyclus naar de startpositie met radiuscorrectie R0 programmeren.

Cyclusparameters

Helpscherm

Parameter

Q215 Bewerkingsomvang (0/1/2/3)?

Bewerkingsomvang vastleggen:

0: voor- en nabewerken

1: alleen voorbewerken

2: alleen nabewerken op eindmaat

3: alleen nabewerken op overmaat

Invoer: 0, 1, 2, 3

Q460 Veiligheidsafstand?

Gereserveerd, op dit moment geen functie

Q491 Contourstart diameter?

X-coördinaat van het startpunt van de contour (opgave van diameter)

Invoer: -99999.999...+99999.999

Q492 Contourstart Z?

Z-coördinaat van het startpunt van de contour

Invoer: -99999.999...+99999.999

Q493 Contoureinde diameter?

X-coördinaat van het eindpunt van de contour (opgave van diameter)

Invoer: -99999.999...+99999.999

Q494 Contoureinde Z?

Z-coördinaat van het eindpunt van de contour

Invoer: -99999.999...+99999.999

Q495 Hoek van de flank?

Hoek tussen de flank bij het startpunt van de contour en de evenwijdige lijn aan de rotatie-as.

Invoer: 0...89.9999

Q501 Type startelement (0/1/2)?

Type element aan het begin van de contour (omtrekvlak) vastleggen:

0: geen extra element

1: element is een afkanting

2: element is een radius

Invoer: 0, 1, 2

Q502 Grootte van het startelement?

Grootte van het startelement (afkantingsgedeelte)

Invoer: 0...999.999

Q500 Radius van de contourhoek?

Radius van de contourbinnenhoek. Als er geen radius is opgegeven, ontstaat de radius van de snijplaat.

Invoer: 0...999.999

Q496 Hoek van de tweede flank?

Hoek tussen de flank bij het eindpunt van de contour en de evenwijdige lijn aan de rotatie-as.

Invoer: 0...89.9999

Q503 Type eindelement (0/1/2)?

Type element aan het einde van de contour vastleggen:

0: geen extra element

1: element is een afkanting

2: element is een radius

Invoer: 0, 1, 2

Q504 Grootte van het eindelement?

Grootte van het eindelement (afkantingsgedeelte)

Invoer: 0...999.999

Q478 Aanzet voorbewerken?

Aanzetsnelheid bij de voorbewerking. Wanneer u M136 hebt geprogrammeerd, interpreteert de besturing de aanzet in millimeter per omwenteling, zonder M136 in millimeter per minuut.

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Q483 Overmaat diameter?

Diameterovermaat op de gedefinieerde contour. De waarde werkt incrementeel.

Invoer: 0...99.999

Q484 Overmaat Z?

Overmaat op de gedefinieerde contour in axiale richting. De waarde werkt incrementeel.

Invoer: 0...99.999

Q505 Aanzet nabewerken?

Aanzetsnelheid bij de nabewerking. Wanneer u M136 hebt geprogrammeerd, interpreteert de besturing de aanzet in millimeter per omwenteling, zonder M136 in millimeter per minuut.

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Q463 Maximale snijdiepte?

Maximale aanzet (opgave van de radius) in radiale richting. De verplaatsing wordt gelijkmatig opgedeeld om slijpsnedes te voorkomen.

Invoer: 0...99.999

Q507 Richting (0=bidir. / 1=unidir.)?

Verspaningsrichting:

0: birectioneel (in beide richtingen)

1: in één richting (in contourrichting)

Invoer: 0, 1

Q508 Verspringingsbreedte?

Beperking van de snijlengte. Het restmateriaal wordt aan het einde van het voorsteken met een steekslag verspaand. De besturing begrenst eventueel de geprogrammeerde verspringingsbreedte.

Invoer: 0...99.999

Q509 Dieptecorrectie nabewerken?

Afhankelijk van het materiaal, de aanzetsnelheid, etc. "kantelt" de snijkant bij de bewerking. De aanzetfout die daardoor ontstaat, kan worden gecorrigeerd met de dieptecorrectie.

Invoer: –9,9999...+9,9999

Q488 Aanzet insteken (0=autom.)?

Definitie van de aanzetsnelheid bij het insteken. Deze invoerwaarde is optioneel. Als deze niet wordt geprogrammeerd, geldt de voor de draaibewerking gedefinieerde aanzet.

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Voorbeeld

11 CYCL DEF 852 STEEKDR. UITG. AXIAL ~

Q215=+0

;BEWERKINGSOMVANG ~

Q460=+2

;VEILIGHEIDSAFSTAND ~

Q491=+75

;CONTOURSTART DIAMETER ~

Q492=-20

;CONTOURSTART Z ~

Q493=+50

;CONTOUREINDE X ~

Q494=-50

;CONTOUREINDE Z ~

Q495=+5

;HOEK FLANK ~

Q501=+1

;TYPE STARTELEMENT ~

Q502=+0.5

;GROOTTE STARTELEMENT ~

Q500=+1.5

;RADIUS CONTOURHOEK ~

Q496=+5

;HOEK VAN DE FLANK ~

Q503=+1

;TYPE EINDELEMENT ~

Q504=+0.5

;GROOTTE EINDELEMENT ~

Q478=+0.3

;AANZET VOORBEWERKEN ~

Q483=+0.4

;OVERMAAT DIAMETER ~

Q484=+0.2

;OVERMAAT Z ~

Q505=+0.2

;AANZET NABEWERKEN ~

Q463=+2

;MAX. SNIJDIEPTE ~

Q507=+0

;BEWERKINGSRICHTING ~

Q508=+0

;VERSPRINGINGSBREEDTE ~

Q509=+0

;DIEPTECORRECTIE ~

Q488=+0

;AANZET INSTEKEN

12 L X+75 Y+0 Z+2 FMAX M303

13 CYCL CALL