Cyclus 880 TANDWIEL AFWIKKELFR. (#50 / #4-03-1) en (#131 / #7-02-1)

ISO-programmering

G880

Toepassing

 
Machine

Raadpleeg uw machinehandboek!

Deze functie moet door de machinefabrikant vrijgegeven en aangepast worden.

Met cyclus 880 TANDWIEL AFWIKKELFR. kunt u cilindrische tandwielen met buitenvertanding of schuine vertandingen met willekeurige hoeken maken. In de cyclus beschrijft u eerst het tandwiel en daarna het gereedschap waarmee u de bewerking uitvoert. U kunt in de cyclus de bewerkingsstrategie en de bewerkingszijde selecteren. Het productieproces van het afwikkelfrezen vindt plaats via een gesynchroniseerde, roterende beweging van de gereedschapsspil en de draaitafel. Bovendien verplaatst de frees zich in axiale richting langs het werkstuk.

Wanneer de cyclus 880 TANDWIEL AFWIKKELFR. actief is, wordt eventueel het coördinatensysteem geroteerd. Daarom moet u, nadat de cyclus is beëindigd, altijd cyclus 801 ROT. COOERD.SYSTEEM RESETTEN en M145 programmeren.

Cyclusverloop

  1. De besturing positioneert het gereedschap in de gereedschapsas naar Q260 Veilige hoogte met aanzet FMAX. Wanneer het gereedschap in de gereedschapsas al op een waarde groter dan Q260 staat, vindt er geen beweging plaats
  2. Vóór het zwenken van het bewerkingsvlak positioneert de besturing het gereedschap in X met aanzet FMAX naar een veilige coördinaat. Wanneer uw gereedschap al op een coördinaat in het bewerkingsvlak staat die groter is dan de berekende coördinaat, vindt er geen beweging plaats
  3. Nu zwenkt de besturing het bewerkingsvlak met aanzet Q253; M144 is in de cyclus intern actief
  4. De besturing positioneert het gereedschap met aanzet FMAX naar het startpunt van het bewerkingsvlak
  5. Vervolgens beweegt de besturing het gereedschap in de gereedschapsas met aanzet Q253 naar de veiligheidsafstand Q460
  6. Die besturing wikkelt het gereedschap op het te vertanden werkstuk in langsrichting met de gedefinieerde aanzet Q478 af (bij voorbewerken) of Q505 (bij nabewerken). Het bewerkingsgedeelte wordt daarbij begrensd door het startpunt in Z Q551+Q460 en door het eindpunt in Z Q552+Q460
  7. Wanneer de besturing zich op het eindpunt bevindt, wordt het gereedschap met aanzet Q253 teruggetrokken en terug naar het startpunt gepositioneerd
  8. De besturing herhaalt het proces 5-7 totdat het gedefinieerde tandwiel is gemaakt
  9. Vervolgens positioneert de besturing het gereedschap naar de veilige hoogte Q260 met aanzet FMAX
  10. De bewerking eindigt in het gezwenkte systeem
  11. Beweeg nu zelfstandig het gereedschap naar een veilige hoogte en zwenk het bewerkingsvlak terug
  12. Programmeer nu altijd cyclus 801 ROT. COOERD.SYSTEEM RESETTEN en M145

Instructies

 
Aanwijzing
Let op: botsingsgevaar!
Wanneer u het gereedschap niet naar een veilige positie voorpositioneert, kan bij het zwenken een botsing tussen gereedschap en werkstuk (spanmiddel) optreden.
  1. Gereedschap zodanig voorpositioneren, dat het zich al aan de gewenste bewerkingszijde Q550 bevindt
  2. Aan deze bewerkingszijde een veilige positie aanhouden
 
Aanwijzing
Let op: botsingsgevaar!
Wanneer u het werkstuk te dicht op het spanmiddel inspant, kan tijdens de afwerking een botsing tussen gereedschap en spanmiddel optreden. Het startpunt Z en het eindpunt in Z worden met de veiligheidsafstand Q460 verlengd!
  1. Werkstuk zover uit het spanmiddel nemen, dat een botsing tussen gereedschap en spanmiddel uitgesloten is
  2. Neem uw component zo ver uit het spanmiddel, dat de door de cyclus automatisch aangehouden verlenging van start- en eindpunt met de veiligheidsafstand Q460 niet tot een botsing leidt
 
Aanwijzing
Let op: botsingsgevaar!
Wanneer u met of zonder M136 werkt, worden de aanzetwaarden door de besturing verschillend geïnterpreteerd. Wanneer u hierdoor te hoge aanzetten programmeert, kan uw component beschadigd raken.
  1. Programmeert u vóór de cyclus bewust M136: dan interpreteert de besturing aanzetwaarden in de cyclus in mm/omw
  2. Programmeert u vóór de cyclus geen M136: dan interpreteert de besturing aanzetwaarden in mm/min
 
Aanwijzing
Let op: botsingsgevaar!
Wanneer u het coördinatensysteem na de cyclus 880 niet reset, is de door de cyclus ingestelde precessiehoek nog actief! Er bestaat botsingsgevaar!
  1. Programmeer na cyclus 880 altijd cyclus 801 om het coördinatensysteem te resetten
  2. Programmeer na een programma-onderbreking cyclus 801 om het coördinatensysteem te resetten
  • Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodi FUNCTION MODE MILL en FUNCTION MODE TURN uitvoeren.
  • De cyclus is CALL-actief.
  • Definieer uw gereedschap in de gereedschapstabel als freesgereedschap.
  • Plaats vóór de cyclusoproep uw referentiepunt in het rotatiecentrum.
 
Tip

Om het maximaal toegestane toerental van het gereedschap niet te overschrijden, kunt u met een begrenzing werken. (invoer in de gereedschapstabel "tool.t" in de kolom Nmax).

Aanwijzingen voor het programmeren

  • De gegevens voor module, aantal tanden en kopcirkeldiameter worden bewaakt. Als deze gegevens niet kloppen, verschijnt er een foutmelding. U kunt bij deze parameters voor 2 van de 3 parameters waarden invullen. Voer daarom of bij module, of bij aantal tanden, of bij kopcirkeldiameter de waarde 0 in. In dat geval berekent de besturing de ontbrekende waarde.
  • Programmeer FUNCTION TURNDATA SPIN VCONST:OFF.
  • Wanneer u FUNCTION TURNDATA SPIN VCONST:OFF S15 programmeert, wordt het toerental van het gereedschap als volgt berekend: Q541 x S. Voor Q541=238 en S=15 volgt daaruit een toerental van het gereedschap van 3570/min.
  • Programmeer vóór de cyclusstart de rotatierichting van uw werkstuk (M303/M304).

Cyclusparameters

Helpscherm

Parameters

Q215 Bewerkingsomvang (0/1/2/3)?

Bewerkingsomvang vastleggen:

0: voor- en nabewerken

1: alleen voorbewerken

2: alleen nabewerken op eindmaat

3: alleen nabewerken op overmaat

Invoer: 0, 1, 2, 3

Q540 Module?

Onderdeel van tandwiel

Invoer: 0...99.999

Q541 Aantal tanden?

Tandwiel beschrijven: aantal tanden

Invoer: 0...99999

Q542 Kopcirkeldiameter?

Tandwiel beschrijven: buitendiameter bewerkt werkstuk

Invoer: 0...99999,9999

Q543 Kopspeling?

Afstand tussen kopcirkel van het af te werken tandwiel en voetcirkel van het tegenwiel.

Invoer: 0...9,9999

Q544 Hellingshoek?

Hoek waaronder de tanden bij een schuine vertanding ten opzichte van de asrichting schuin staan. Bij rechte vertanding bedraagt deze hoek 0°.

Invoer: -60...+60

Q545 Stijgingshoek gereedschap?

Hoek van de flanken van de afwikkelfrees. Voer deze waarde met decimalen in.

Voorbeeld: 0°47'=0,7833

Invoer: -60...+60

Q546 Ger. rot.richting (3=M3/4=M4)?

Gereedschap beschrijven: spilrotatierichting van de afwikkelfrees

3: rechtsom draaiend gereedschap (M3)

4: linksom draaiend gereedschap (M4)

Invoer: 3, 4

Q547 Hoekoffset van tandwiel?

Hoek waarmee de besturing het werkstuk bij de cyclusstart roteert.

Invoer: –180...+180

Q550 Bew.zijde (0=pos./1=neg.)?

Vastleggen aan welke zijde de bewerking plaatsvindt.

0: positieve bewerkingszijde van de hoofdas in I-CS

1: negatieve bewerkingszijde van de hoofdas in I-CS

Invoer: 0, 1

Q533 Voorkeursrichting instelhoek?

Keuze van alternatieve instelmogelijkheden. Uit de door u gedefinieerde invalshoek moet de besturing de bijbehorende positie van de zwenkas op uw machine berekenen. Meestal zijn er twee oplossingen mogelijk. Via de parameter Q533 kunt u instellen welke oplossing de besturing moet toepassen:

0: oplossing die het kortst verwijderd is van de huidige positie

-1: oplossing in het bereik tussen 0° en -179,9999°

+1: oplossing in het bereik tussen 0° en +180°

-2: oplossing in het bereik tussen -90° en -179,9999°

+2: oplossing tussen +90° en +180°

Invoer: -2, -1, 0, +1, +2

Q530 Schuine bewerking?

Zwenkassen voor schuine bewerking positioneren:

1: zwenkas automatisch positioneren en de gereedschapspunt daarbij corrigeren (MOVE). De relatieve positie tussen werkstuk en gereedschap wordt niet gewijzigd. De besturing voert met de lineaire assen een compensatiebeweging uit

2: zwenkas automatisch positioneren zonder de gereedschapspunt te corrigeren (TURN)

Invoer: 1, 2

Q253 Aanzet voorpositioneren?

Definitie van de verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het zwenken en voorpositioneren. En bij het positioneren van de gereedschapsas tussen de afzonderlijke verplaatsingen. Aanzet is in mm/min.

Invoer: 0...99999,9999 alternatief FMAX, FAUTO, PREDEF

Q260 Veilige hoogte?

Positie in de gereedschapsas waarin botsing met het werkstuk uitgesloten is. De besturing benadert de positie bij tussenpositionering en terugtrekken aan het einde van de cyclus. De waarde werkt absoluut.

Invoer: –99999,9999...+99999,9999 Alternatief PREDEF

Q553 GS: L-offset start bewerking?

Vastleggen, vanaf welke de lengteverstelling (L-OFFSET) het gereedschap moet worden gebruikt. Met deze waarde verschuift de besturing het gereedschap in langsrichting. De waarde werkt incrementeel.

Invoer: 0...999.999

Q551 Startpunt in Z?

Startpunt van het afwikkelen in Z

Invoer: –99999,9999...+99999,9999

Q552 Eindpunt in Z?

Eindpunt van het afwikkelen in Z

Invoer: –99999,9999...+99999,9999

Q463 Maximale snijdiepte?

Maximale aanzet (opgave van de radius) in radiale richting. De verplaatsing wordt gelijkmatig opgedeeld om slijpsnedes te voorkomen.

Invoer: 0.001...999.999

Q460 Veiligheidsafstand?

Afstand voor terugtrekbeweging en voorpositionering. De waarde werkt incrementeel.

Invoer: 0...999.999

Q488 Aanzet insteken

Aanzetsnelheid van de aanzetbeweging van het gereedschap

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Q478 Aanzet voorbewerken?

Aanzetsnelheid bij de voorbewerking. Wanneer u M136 hebt geprogrammeerd, interpreteert de besturing de aanzet in millimeter per omwenteling, zonder M136 in millimeter per minuut.

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Q483 Overmaat diameter?

Diameterovermaat op de gedefinieerde contour. De waarde werkt incrementeel.

Invoer: 0...99.999

Q505 Aanzet nabewerken?

Aanzetsnelheid bij de nabewerking. Wanneer u M136 hebt geprogrammeerd, interpreteert de besturing de aanzet in millimeter per omwenteling, zonder M136 in millimeter per minuut.

Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO

Voorbeeld

11 CYCL DEF 880 TANDWIEL AFWIKKELFR. ~

Q215=+0

;BEWERKINGSOMVANG ~

Q540=+0

;MODULE ~

Q541=+0

;AANTAL TANDEN ~

Q542=+0

;KOPCIRKELDIAMETER ~

Q543=+0.1666

;KOPSPELING ~

Q544=+0

;HELLINGSHOEK ~

Q545=+0

;GS-STIJGINGSHOEK ~

Q546=+3

;GS-ROTATIERICHTING ~

Q547=+0

;HOEKOFFSET ~

Q550=+1

;BEWERKINGSZIJDE ~

Q533=+0

;VOORKEURSRICHTING ~

Q530=+2

;SCHUINE BEW. ~

Q253=+750

;AANZET VOORPOS. ~

Q260=+100

;VEILIGE HOOGTE ~

Q553=+10

;L-OFFS GEREEDSCHAP ~

Q551=+0

;STARTPUNT IN Z

Q552=-10

;EINDPUNT IN Z

Q463=+1

;MAX. SNIJDIEPTE ~

Q460=+2

;VEILIGHEIDSAFSTAND ~

Q488=+0.3

;AANZET INSTEKEN ~

Q478=+0.3

;AANZET VOORBEWERKEN ~

Q483=+0.4

;OVERMAAT DIAMETER ~

Q505=+0.2

;AANZET NABEWERKEN

Rotatierichting gerelateerd aan de bewerkingszijde (Q550)

Rotatierichting van de tafel bepalen:

  1. Welk gereedschap? (rechtssnijdend/linkssnijdend)?
  2. Welke bewerkingszijde? X+ (Q550=0) / X- (Q550=1)
  3. De rotatierichting van de tafel uit een van de 2 tabellen aflezen! Selecteer hiervoor de tabel met uw gereedschapsdraairichting (rechtssnijdend/linkssnijdend). Lees in deze tabel de rotatierichting van de tafel voor uw bewerkingszijde X+ (Q550=0) / X- (Q550=1) af.

Gereedschap: rechtssnijdend M3

Bewerkingszijde
X+ (Q550=0)

    Rotatierichting van de tafel:
    rechtsom (M303)

    Bewerkingszijde
    X- (Q550=1)

      Rotatierichting van de tafel:
      linksom (M304)

      Gereedschap: linkssnijdend M4

      Bewerkingszijde
      X+ (Q550=0)

        Rotatierichting van de tafel:
        linksom (M304)

        Bewerkingszijde
        X- (Q550=1)

          Rotatierichting van de tafel:
          rechtsom (M303)