Contextmenu

Toepassing

Door het gebaar Vasthouden of door met de rechtermuisknop te klikken, opent de besturing een contextmenu voor het geselecteerde element, bijvoorbeeld NC-regels of bestanden. Met de verschillende functies in het snelmenu kunt u functies uitvoeren voor de op dat moment geselecteerde elementen.

Functiebeschrijving

De mogelijke functies van het contextmenu zijn afhankelijk van het geselecteerde element en van de geselecteerde bedrijfsmodus.

Algemeen

Contextmenu in het werkgebied Bestand openen

Het contextmenu biedt afhankelijk van het werkgebied en de werkstand de volgende functies:

  • Knippen
  • Kopiëren
  • Invoegen
  • Wissen
  • Ongedaan
  • Herstellen
  • Markeren
  • Alles markeren
 
Tip

Wanneer u de functies Markeren of Alles markeren selecteert, opent de besturing de actiebalk. In de actiebalk worden alle functies weergegeven die in het snelmenu kunnen worden geselecteerd.

Als alternatief voor het contextmenu kunt u de sneltoets gebruiken:

Symbolen van de besturingsinterface

Toets of sneltoets

Betekenis

CTRL + SPACE

Geselecteerde regel markeren

SHIFT + UP

Regel daarboven ook markeren

SHIFT + DOWN

Regel eronder ook markeren

SHIFT + PG UP

Tot aan het begin van de pagina markeren

Niet in de bedrijfsmodus Tabellen

SHIFT + PG DN

Tot het einde van de pagina markeren

Niet in de bedrijfsmodus Tabellen

SHIFT + HOME

Tot aan de eerste regel markeren

Niet in de bedrijfsmodus Tabellen

SHIFT + END

Tot aan de laatste regel markeren

Niet in de bedrijfsmodus Tabellen

Markeren afbreken

 
Tip

De sneltoetsen van het toetsenbord werken niet in het werkgebied Opdrachtenlijst.

Contextmenu in de werkstand Bestanden

In de werkstand Bestanden beschikt het contextmenu bovendien over de volgende functies:

  • Openen
  • Selecteren in progr.-afl.
  • Hernoemen

Het contextmenu biedt bij de navigatiefuncties telkens de bijbehorende functies, bijvoorbeeld Zoekresultaten niet accepteren.

Contextmenu

Contextmenu in de werkstand Tabellen

In de werkstand Tabellen biedt het Contextmenu bovendien de functie Afbreken. Met de functie Afbreken annuleert u het markeerproces.

In de werkstand Tabellen biedt het contextmenu enkele functies voor zowel cellen als regels.

Wanneer u een hele tabelregel kopieert of uitknipt, biedt de besturing in de actiebalk de volgende functies:

  • Overschrijven
  • De besturing voegt de regel in plaats van de huidige geselecteerde tabelregel in.

  • Toevoegen
  • De besturing voegt de gereedschapsgegevens aan het einde van de tabel in nieuwe regels in.

  •  
    Tip

    Wanneer het klembord in de toepassing Gereedschaps­beheer alleen geïndexeerde gereedschappen bevat, maakt de besturing de regels als indexen voor het op dat moment geselecteerde gereedschap.

  • Afbreken

Werkstand Tabellen

Contextmenu in het werkgebied Opdrachtenlijst

Contextmenu in het werkgebied Opdrachtenlijst

In het werkgebied Opdrachtenlijst beschikt het contextmenu bovendien over de volgende functies:

  • Markering opheffen
  • Invoegen daarvoor
  • Invoegen daarna
  • Werkstukgeoriënteerd
  • Ger.georiënteerd
  • W-status terugzetten

Werkgebied Opdrachtenlijst

Contextmenu in het werkgebied Programma

Contextmenu voor de geselecteerde waarde in het werkgebied van Programma de werkstand Programmeren

In het werkgebied Programma biedt het contextmenu bovendien de volgende functies:

  • Laatste NC-regel invoegen
  • Met deze functie kunt u de laatst gewiste of bewerkte NC-regel invoegen. U kunt deze NC-regel in elk willekeurig NC-programma invoegen.

  • Alleen in de werkstand Programmeren en de toepassing MDI

  • NC-component aanmaken
  • Alleen in de werkstand Programmeren en de toepassing MDI

  • NC-componenten voor hergebruik

  • Contour bewerken
  • Alleen in de werkstand Programmeren

  • Contouren in het grafische programmeren importeren

  • Waarde markeren
  • Actief wanneer u een waarde van een NC-regel selecteert.

  • Waarde vervangen
  • Actief wanneer u een waarde van een NC-regel selecteert.

Werkgebied Programma

 
Tip

De functies Waarde markeren en Waarde vervangen zijn alleen in de werkstand Programmeren en de toepassing MDI beschikbaar.

Waarde vervangen is ook tijdens het bewerken beschikbaar. In dat geval hoeft de te vervangen waarde niet te worden gemarkeerd, zoals anders gebruikelijk.

U kunt bijvoorbeeld waarden uit de calculator of de digitale uitlezing op het klembord opslaan en met de functie Waarde vervangen invoegen.

Calculator

Statusoverzicht van de TNC-balk

Wanneer u een NC-regel markeert, toont de besturing markeringspijlen aan het begin en aan het einde van het gemarkeerde gebied. Met deze markeringspijlen kunt u het gemarkeerde gebied wijzigen.

Contextmenu in de Configuratie-editor

In de Configuratie-editor biedt het contextmenu bovendien de volgende functies:

  • Directe waarde-invoer
  • Kopie maken
  • Kopie terughalen
  • Keynaam wijzigen
  • Element openen
  • Element verwijderen

Machineparameter

Contextmenu in het venster NC-functie invoegen

In het venster NC-functie invoegen biedt het contextmenu bovendien de volgende functies:

  • Pad openen
  • NC-functie in het gedeelte Alle functies openen

  • Bewerken
  • Open de NC-module in een apart tabblad

  • Organiseren
  • Pad van de NC-component in de werkstand Bestanden openen

  • Wissen
  • NC-component wissen

  • Hernoemen
  • Naam van de NC-component wijzigen

Venster NC-functie invoegen