Basisprincipes
Toepassing
Wanneer u bij een open machinedeur een positie in de machineruimte benadert of een kleine waarde aanzet, kunt u het elektronische handwiel gebruiken. Met het elektronische handwiel kunt u de assen verplaatsen en enkele functies van de besturing uitvoeren.
Verwante onderwerpen
- Stapsgewijs positioneren
- Handwiel-override met GPS (#44 / #1-06-1)
- Handwiel-override met M118
- Virtuele gereedschapsas VT (#44 / #1-06-1)
- Tastsysteemfuncties in de werkstand Handmatig
Voorwaarde
- Elektronisch handwiel, bijvoorbeeld HR 550FS
De besturing ondersteunt de volgende elektronische handwielen:
- HR 410: bekabeld handwiel met display
- HR 420: bekabeld handwiel met display
- HR 510: bekabeld handwiel met display
- HR 520: bekabeld handwiel met display
- HR 550FS: draadloos handwiel met display, radiografische gegevensoverdracht
Functiebeschrijving
U kunt elektronische handwielen gebruiken in de werkstanden Handmatig en Programma-afloop.
De bekabelde handwielen HR 520 en HR 550FS zijn uitgevoerd met een display, waarop de besturing diverse gegevens toont. Met de handwiel-softkeys kunt u instelfuncties uitvoeren, bijvoorbeeld referentiepunten vastleggen of additionele functies activeren.
Wanneer u het handwiel met behulp van de handwiel-inschakeltoets of de schakelaar Handwiel hebt geactiveerd, kunt u de besturing alleen nog met het handwiel bedienen. Als u op de astoetsen in deze staat drukt, toont de besturing het bericht Bedieningspaneel MB0 is vergrendeld.
Wanneer u de werkstand Handmatig selecteert, deactiveert de besturing het handwiel.
Als er meerdere handwielen op een besturing zijn aangesloten, kunt u een handwiel alleen nog met de handwiel-inschakeltoets op het desbetreffende handwiel activeren en deactiveren. Voordat u een ander handwiel kunt selecteren, moet u het actieve handwiel deactiveren.
Functies in de werkstand Programma-afloop
U kunt de volgende functies uitvoeren in de werkstand Programma-afloop:
- Toets NC-start (handwieltoets NC-start)
- Toets NC-stop (handwieltoets NC-stop)
- Als u de toets NC-Stop hebt ingedrukt: interne stop (handwiel-softkeys MOP en daarna Stop)
- Als u de toets NC-STOP hebt ingedrukt: handmatig assen verplaatsen (handwiel-softkeys MOP en daarna MAN)
- Contour opnieuw benaderen nadat assen tijdens een onderbreking van de programma-afloop handmatig zijn verplaatst (handwiel-softkeys MOP en daarna REPO). Bediening is mogelijk met de handwiel-softkeys.
- In-/uitschakelen van de functie Bewerkingsvlak zwenken (handwiel-softkeys MOP en daarna 3D)
Bedieningselementen van een elektronisch handwiel
Een elektronisch handwiel bevat de volgende bedieningselementen:
1 | NOODSTOP-toets |
2 | Handwiel-display voor statusweergave en functiekeuze |
3 | Handwiel-softkeys |
4 | Astoetsen kunnen door de machinefabrikant overeenkomstig de asconfiguratie worden gewisseld |
5 | Bevestigingstoets De bevestigingstoets bevindt zich aan de achterkant van het handwiel. |
6 | Pijltoetsen voor definitie van de handwielresolutie |
7 | Handwiel-inschakeltoets U kunt het handwiel activeren of deactiveren. |
8 | Richtingstoets Toets voor de richting van de verplaatsing |
9 | IJlgangoverride voor de verplaatsing |
10 | Spil inschakelen (machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld) |
11 | Toets NC-regel genereren (machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld) |
12 | Spil uitschakelen (machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld) |
13 | CTRL-toets voor speciale functies (machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld) |
14 | Toets NC-start (machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld) |
15 | Toets NC-stop Machine-afhankelijke functie, toets kan door machinefabrikant worden gewisseld |
16 | Handwiel |
17 | Spiltoerental-potentiometer |
18 | Aanzet-potentiometer |
19 | Kabelaansluiting, vervalt bij draadloos handwiel HR 550FS |
Display-inhoud van een elektronisch handwiel
Het display van een elektronisch handwiel bevat de volgende gedeelten:
1 | Handwiel in dockingstation of draadloos bedrijf actief Alleen bij draadloos handwiel HR 550FS: |
2 | Veldsterkte Zes balken = maximale veldsterkte Alleen bij draadloos handwiel HR 550FS: |
3 | Laadniveau van de accu Zes balken = maximaal laadniveau. Tijdens het laden beweegt er een balk van links naar rechts. Alleen bij draadloos handwiel HR 550FS: |
4 | X+50.000: positie van de geselecteerde as |
5 | *: STIB (besturing in bedrijf); programma-afloop is gestart of as is in beweging |
6 | Handwiel-override uit M118 of Globale programma-instellingen GPS (#44 / #1-06-1) |
7 | S1600: actueel spiltoerental |
8 | Actuele aanzet waarmee de gekozen as op dit moment wordt verplaatst Tijdens de programma-afloop toont de besturing de actuele baanaanzet. |
9 | E: foutmelding is actief Wanneer op de besturing met een foutmelding verschijnt, toont het handwieldisplay gedurende 3 seconden de melding ERROR. Vervolgens ziet u de weergave E, zolang de fout nog in de besturing is. |
10 | Actieve instelling in het venster 3D-rotatie:
|
11 | Oplossend vermogen van handwiel Verplaatsing die de gekozen as bij een omwenteling van het handwiel aflegt |
12 | Stapsgewijs positioneren in- of uitgeschakeld Wanneer deze functie actief is, toont de besturing dit tabblad niet. |
13 | Softkeybalk De softkeybalk bevat de volgende functies:
|
Oplossend vermogen van handwiel
De handwielgevoeligheid bepaalt welke verplaatsing een as per omwenteling van het handwiel maakt. De handwielgevoeligheden ontstaan door de gedefinieerde handwielsnelheid van de as en het snelheidsniveau dat in de besturing is ingesteld. Het snelheidsniveau beschrijft een procentueel aandeel van de handwielsnelheid. De besturing berekent op elk snelheidsniveau een handwielgevoeligheid. De ontstane handwielgevoeligheden zijn vast ingesteld en direct met de handwiel-pijltoetsen te kiezen (alleen als de stapmaat niet actief is).
De handwielsnelheid beschrijft de waarde, bijvoorbeeld 0,01 mm die u verplaatst, wanneer u een positie op de rastering van het handwiel draait. U kunt de handwielsnelheid met de handwiel-pijltoetsen wijzigen.
Wanneer u een handwielsnelheid van 1 hebt gedefinieerd, kunt u de volgende handwieloplossingen selecteren:
Resulterende handwielgevoeligheden in mm/omwenteling en graden/omwenteling: 0.0001/0.0002/0.0005/0.001/0.002/0.005/0.01/0.02/0.05/0.1/0.2/0.5/1/
Resulterende handwielgevoeligheden inch/omwenteling: 0.000127/0.000254/0.000508/0.00127/0.00254/0.00508/0.0127/0.0254/0.0508/0.127/0.254/0.508
Gedefinieerde handwielsnelheid | Snelheidsniveau | Resulterende handwielgevoeligheid |
---|---|---|
10 | 0.01 % | 0.001 mm/omwenteling |
10 | 0.01 % | 0.001 graden/omwenteling |
10 | 0.0127 % | 0.00005 inch/omwenteling |
Werking van de aanzet-potentiometer bij de activering van het handwiel
- Schuif het gereedschap vrij voordat u tussen het handwiel en het machinebedieningspaneel schakelt.
De instellingen van de aanzetpotentiometer op het handwiel en op het bedieningspaneel van de machine kunnen verschillen. Als u het handwiel activeert, activeert de besturing ook automatisch de aanzetpotentiometer van het handwiel. Wanneer u het handwiel uitschakelt, activeert de besturing automatisch de aanzetpotentiometer van het machinebedieningspaneel.
Om te voorkomen dat de aanzet bij de omschakeling tussen de potentiometers toeneemt, wordt de aanzet ofwel bevroren of gereduceerd.
Wanneer de aanzet vóór de omschakeling groter is dan de aanzet na de omschakeling, vermindert de besturing de aanzet tot de kleinere waarde.
Wanneer de aanzet vóór de omschakeling kleiner is dan de aanzet na de omschakeling, bevriest de besturing de waarde. In dat geval moet u de aanzetpotentiometer tot de vorige waarde terugdraaien; pas daarna wordt de geactiveerde aanzet-potentiometer actief.
Spiltoerental S invoeren
U voert het spiltoerental S als volgt in met behulp van een elektronisch handwiel:
- Handwiel-softkey F3 (MSF) indrukken
- Handwiel-softkey F2 (S) indrukken
- Gewenst toerental selecteren door toets F1 of F2 in te drukken
- Toets NC-start indrukken
- De besturing activeert het ingevoerde toerental.
Houdt u de toets F1 of F2 ingedrukt, dan wijzigt de besturing, bij toename met tien, de instelling telkens met de factor 10.
Wanneer u gelijktijdig de CTRL-toets indrukt, wordt de stap bij indrukken van F1 of F2 met factor 100 verhoogd.
Aanzet F invoeren
U voert de aanzet F met behulp van een elektronisch handwiel als volgt in:
- Handwiel-softkey F3 (MSF) indrukken
- Handwiel-softkey F3 (F) indrukken
- Gewenste aanzet selecteren door toets F1 of F2 in te drukken
- Nieuwe aanzet F met handwiel-softkey F3 (OK) overnemen
Houdt u de toets F1 of F2 ingedrukt, dan wijzigt de besturing, bij toename met tien, de instelling telkens met de factor 10.
Wanneer u gelijktijdig de CTRL-toets indrukt, wordt de stap bij indrukken van F1 of F2 met factor 100 verhoogd.
Additionele M-functies invoeren
U voert een additionele functie met behulp van het elektronische handwiel als volgt in:
- Handwiel-softkey F3 (MSF) indrukken
- Handwiel-softkey F1 (M) indrukken
- Gewenst nummer van de M-functie selecteren door toets F1 of F2 in te drukken
- Toets NC-start indrukken
- De besturing activeert de additionele functie.
Positioneerregel genereren
Raadpleeg uw machinehandboek!
Uw machinefabrikant kan aan de handwieltoets NC-regel genereren een willekeurige functie toewijzen.
U genereert een verplaatsingsregel met behulp van het elektronische handwiel als volgt: | ||
| ||
| ||
|
Stapsgewijs positioneren
Bij stapsgewijs positioneren verplaatst u de geselecteerde as met een vastgelegde waarde.
U kunt met behulp van een elektronisch handwiel als volgt stapsgewijs positioneren:
- Handwiel-softkey F2 (STEP) indrukken
- handwiel-softkey 3 (ON) indrukken
- De besturing activeert het stapsgewijs positioneren.
- Gewenste stapmaat instellen met behulp van de toets F1 of F2
- Tip
De kleinst mogelijke stapmaat is 0,0001 mm (0,00001 inch). De grootst mogelijke stapmaat is 10 mm (0,3937 inch)
- Gekozen stapmaat met softkey F4 (OK) overnemen
- Met handwieltoets + of – de actieve handwielas in de overeenkomstige richting verplaatsen
- De besturing verplaatst de actieve as telkens wanneer op de handwieltoets wordt gedrukt, met de ingevoerde stapmaat.
Houdt u de toets F1 of F2 ingedrukt, dan wijzigt de besturing, bij toename met tien, de instelling telkens met de factor 10.
Wanneer u gelijktijdig de CTRL-toets indrukt, wordt de stap bij indrukken van F1 of F2 met factor 100 verhoogd.
Instructies
- Apparaten uitsluitend door bevoegd servicepersoneel laten aansluiten of verwijderen
- Machine uitsluitend met aangesloten handwiel of beveiligde aansluitbus inschakelen
- Handwiel, wanneer het niet wordt gebruikt, in de handwielhouder plaatsen
- Afstand tussen handwiel en de handwielhouder zo klein mogelijk houden (trilalarm in acht nemen)
- Vóór de bewerking handwiel testen
- Uw machinefabrikant kan additionele functies voor de handwielen HR5xx beschikbaar stellen
Raadpleeg uw machinehandboek!
- De hoofdassen X, Y en Z, en ook drie door de machinefabrikant definieerbare extra assen, kunt u direct via de astoetsen activeren. Ook de virtuele as VT kan uw machinefabrikant aan een van de vrije astoetsen toewijzen.
- Als het handwiel actief is, toont de besturing in het werkgebied Posities een symbool bij de geselecteerde as. Het symbool geeft aan of u de as met het handwiel kunt verplaatsen.
- Machine
Raadpleeg uw machinehandboek!
De machinefabrikant definieert welke assen u met het handwiel kunt verplaatsen.