ISO-programmering
G831
G831
Raadpleeg uw machinehandboek!
Deze functie moet door de machinefabrikant vrijgegeven en aangepast worden.
Met deze cyclus kunt u schroefdraad langsdraaien.
U kunt met de cyclus schroefdraad met één of meer draadgangen maken.
Wanneer u in de cyclus geen draaddiepte invoert, gebruikt de cyclus de draaddiepte volgens norm ISO1502.
U kunt de cyclus voor bewerking aan de binnen- en buitenzijde gebruiken.
De besturing gebruikt de gereedschapspositie bij de cyclusoproep als startpunt van de cyclus.
Tijdens de uitvoering van een draadsnijgang werkt de draaiknop voor de aanzet-override niet. De draaiknop voor de toerental-override is nog beperkt actief.
Helpscherm | Parameter |
---|---|
Q471 Draadpos. (0=buiten, 1=binnen)? positie van de schroefdraad vastleggen: 0: buitendraad 1: binnendraad Invoer: 0, 1 | |
Q460 Veiligheidsafstand? Veiligheidsafstand in radiale en in axiale richting. In axiale richting dient de veiligheidsafstand voor het versnellen (aanloopbaan) naar de gesynchroniseerde aanzetsnelheid. Invoer: 0...999.999 | |
Q491 Schroefdraaddiameter? Nominale diameter van de schroefdraad vastleggen. Invoer: 0.001...99999.999 | |
Q472 Spoed? Spoed van de draad Invoer: 0...99999.999 | |
Q473 Draaddiepte (radius)? Diepte van de schroefdraad. Bij invoer 0 gaat de besturing uit van de diepte op basis van de spoed voor metrische schroefdraad. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...999.999 | |
Q492 Contourstart Z? Z-coördinaat van het startpunt Invoer: -99999.999...+99999.999 | |
Q494 Contoureinde Z? Z-coördinaat van het eindpunt inclusief draaduitloop Q474 Invoer: -99999.999...+99999.999 | |
Q474 Lengte schroefdraaduitloop? Lengte van de baan waarmee aan het einde van de schroefdraad van de actuele diepte-instelling naar de draaddiameter Q460 wordt vrijgezet. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...999.999 | |
Q463 Maximale snijdiepte? Maximale diepte-instelling in radiale richting gerelateerd aan de radius. Invoer: 0.001...999.999 | |
Q467 Aanzethoek? Hoek waaronder de aanzet Q463 plaatsvindt. De referentiehoek is loodrecht op de rotatie-as. Invoer: 0...60 | |
Q468 Aanzetmethode (0/1)? Methode van de aanzet vastleggen: 0: constante spaandoorsnede (de aanzet wordt kleiner met de diepte) 1: constante diepte-instelling Invoer: 0, 1 | |
Q470 Starthoek? Hoek van de draaispil waaronder het begin van de schroefdraad moet plaatsvinden. Invoer: 0...359.999 | |
Q475 Aantal schroefdraadgangen? Aantal gangen van de schroefdraad Invoer: 1...500 | |
Q476 Aantal lege snedes? Aantal lege snedes zonder aanzet op gerede draaddiepte Invoer: 0...255 |
De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.
Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.
Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.
Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.
11 CYCL DEF 831 SCHROEFDRAAD LANGS ~ | ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
12 L X+80 Y+0 Z+2 FMAX M303 | ||
13 CYCL CALL |