ISO-programmering
G264
G264
Met deze cyclus kunt u in volmateriaal boren, verzinken en daarna een schroefdraad frezen.
Boren
Verzinken aan kopvlakzijde
Schroefdraadfrezen
Programmeer de draaddiepte minstens 1/3 x de spoed kleiner dan de boordiepte.
Helpscherm | Parameter |
---|---|
Q335 Nominale diameter? Nominale schroefdraaddiameter Invoer: 0...99999,9999 | |
Q239 Spoed? Spoed van de draad. Het voorteken legt rechtse of linkse draad vast: + = rechtse draad – = linkse draad Invoer: -99.9999...+99.9999 | |
Q201 Draaddiepte ? Afstand tussen werkstukoppervlak en draadkern. De waarde werkt incrementeel. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q356 Boordiepte? Afstand tussen werkstukoppervlak en bodem van de boring. De waarde werkt incrementeel. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q253 Aanzet voorpositioneren? Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het insteken in het werkstuk resp. bij het terugtrekken uit het werkstuk in mm/min. Invoer: 0...99999,9999 alternatief FMAX, FAUTO, PREDEF | |
Q351 Freeswijze? Meel.=+1, Tegenl.=-1 Soort freesbewerking. Er wordt rekening gehouden met de spilrotatierichting. +1 = meelopend frezen –1 = tegenlopend frezen (wanneer u 0 invoert, vindt de bewerking meelopend plaats) Invoer: –1, 0, +1 Alternatief PREDEF | |
Q202 Maximale dieptestap? Maat waarmee het gereedschap telkens wordt verplaatst. Q201 DIEPTE hoeft geen veelvoud van Q202 te zijn. De waarde werkt incrementeel.
Invoer: 0...99999,9999 | |
Q258 Onderbrekingsafstand boven ? Veiligheidsafstand waarnaar het gereedschap na de eerste keer verwijderen van de spanen met aanzet Q373 BENAD.AANZET VERW SP weer over de laatste diepte-instelling wordt verplaatst. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 | |
Q257 Boordiepte tot spaanbreuk ? Maat waarbij de besturing het spaanbreken uitvoert. Deze procedure wordt herhaald totdat Q201 DIEPTE is bereikt. Wanneer Q257 gelijk is aan 0, voert de besturing geen spaanbreken uit. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 | |
Q256 Terugtrekhoogte voor spaanbreuk? Waarde waarmee de besturing het gereedschap bij spaanbreken terugtrekt. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999.999 Alternatief PREDEF | |
Q358 Verzinkdiepte kopse kant? Afstand tussen werkstukoppervlak en gereedschapspunt bij verzinken aan kopvlakzijde. De waarde werkt incrementeel. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q359 Verpl.verzinking kopse kant Afstand waarmee de besturing het midden van het gereedschap uit het midden verplaatst. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 | |
Q200 Veiligheidsafstand? Afstand tussen gereedschapspunt en werkstukoppervlak. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF | |
Q203 Coörd. werkstukoppervlakte? Coördinaat van het werkstukoppervlak met betrekking tot het actieve nulpunt. De waarde werkt absoluut. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 | |
Q204 2e veiligheidsafstand? Afstand in de gereedschapsas tussen gereedschap en werkstuk (spanmiddel) waarbij een botsing is uitgesloten. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF | |
Q206 Aanzet diepteverplaatsing? Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het insteken in mm/min Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO, FU | |
Q207 Aanzet frezen? Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het frezen in mm/min Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO | |
Q512 Aanzet benaderen? Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het benaderen in mm/min. Bij kleine draaddiameters kunt u door een gereduceerde benaderingsaanzet het risico op gereedschapsbreuk verminderen. Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO |
De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.
Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.
Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.
Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.
11 CYCL DEF 264 BOORDRAAD FREZEN ~ | ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
12 CYCL CALL |