ISO-programmering
G1402
G1402
Met tastcyclus 1402 wordt het middelpunt van een kogel bepaald. U kunt het resultaat overnemen in de actieve regel van de referentiepunttabel.
Basisprincipes van de tastcycli 14xx voor het vastleggen van een referentiepunt
Q-parameter | Betekenis |
---|---|
Q950 t/m Q952 | Gemeten cirkelmiddelpunt in de hoofd-, neven- en gereedschapsas |
Q966 | Gemeten diameter |
Q980 t/m Q982 | Gemeten afwijking van het cirkelmiddelpunt |
Q996 | Gemeten afwijking van de diameter |
Q183 |
|
Helpscherm | Parameter |
---|---|
Q1100 1e nominale positie hoofdas? Absolute nominale positie van het middelpunt in de hoofdas van het bewerkingsvlak. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 alternatieve invoer ?, +, – of @:
| |
Q1101 1.nominale positie nevenas? Absolute nominale positie van het middelpunt in de nevenas van het bewerkingsvlak Invoer: -99999.9999...+9999.9999 optionele invoer, zie Q1100 | |
Q1102 1.Nominale positie GS-as? Absolute nominale positie van de eerste tastpositie in de gereedschapsas Invoer: -99999.9999...+9999.9999 Als alternatief optionele invoer, zie Q1100 | |
Q1116 Diameter 1e positie? Diameter van de kogel Invoer: 0...9999.9999 Als alternatief optionele invoer, zie Q1100
| |
Q423 Aantal keren tasten? Aantal tastposities op de diameter Invoer: 3, 4, 5, 6, 7, 8 | |
Q325 Starthoek? Hoek tussen de hoofdas van het bewerkingsvlak en de eerste tastpositie. De waarde werkt absoluut. Invoer: -360.000...+360.000 | |
Q1119 Cirkel-openingshoek? Hoekbereik waarin de tastingen verdeeld zijn. Invoer: -359.999...+360.000 | |
Q320 Veiligheidsafstand? Extra afstand tussen meetpunt en tastsysteemkogel. Q320 werkt aanvullend op de kolom SET_UP van de tastsysteemtabel. De waarde werkt incrementeel. Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF | |
Q260 Veilige hoogte? Coördinaat in de gereedschapsas waarin een botsing tussen het tastsysteem en het werkstuk (spanmiddel) uitgesloten is. De waarde werkt absoluut. Invoer: –99999,9999...+99999,9999 Alternatief PREDEF | |
Q1125 Verplaatsen naar veilige hoogte? Positioneergedrag tussen de tastposities -1: niet naar veilige hoogte verplaatsen. 0, 1: voor en na de cyclus naar veilige hoogte verplaatsen. De voorpositionering gebeurt met FMAX_PROBE. 2: voor en na elk tastpunt naar veilige hoogte verplaatsen. De voorpositionering gebeurt met FMAX_PROBE. Invoer: –1, 0, +1, +2 | |
Q309 Reactie bij tolerantiefout? Reactie bij tolerantie-overschrijding: 0: bij tolerantie-overschrijding de programma-afloop niet onderbreken. De besturing opent geen venster met resultaten. 1: bij tolerantie-overschrijding de programma-afloop onderbreken. De besturing opent een venster met resultaten. 2: de besturing opent bij nabewerken geen venster met resultaten. De besturing opent bij actuele posities in het afkeurgedeelte een venster met resultaten en onderbreekt de programma-afloop. Invoer: 0, 1, 2 | |
Q1120 Positie voor overname? Vastleggen of de besturing het actieve referentiepunt corrigeert: 0: geen correctie 1: correctie van het actieve referentiepunt ten opzichte van het middelpunt van de kogel. De besturing corrigeert het actieve referentiepunt met de afwijking van de nominale en actuele positie van het middelpunt. Invoer: 0, 1 |
De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.
Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.
Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.
Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.
11 TCH PROBE 1402 TASTEN KOGEL ~ | ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
| ||
|