Met de functie TRANS DATUM wordt het werkstuknulpunt verschoven hetzij met vaste of variabele coördinaten of door een tabelregel van de nulpunttabel op te geven.
Met de functie TRANS DATUM RESET kunt u een nulpuntverschuiving resetten.
Met de functie TRANS DATUM wordt het werkstuknulpunt verschoven hetzij met vaste of variabele coördinaten of door een tabelregel van de nulpunttabel op te geven.
Met de functie TRANS DATUM RESET kunt u een nulpuntverschuiving resetten.
Nulpunttabel in het NC-programma activeren
Met de functie TRANS DATUM AXIS definieert u een nulpuntverschuiving door de invoer van waarden in de desbetreffende as. U kunt in een NC-regel maximaal negen coördinaten definiëren; incrementele invoer is mogelijk.
De besturing toont het resultaat van de nulpuntverschuiving in het werkbereik Posities.
Met de functie TRANS DATUM TABLE definieert u een nulpuntverschuiving door een regel te selecteren uit een nulpunttabel.
U kunt optioneel het pad van een nulpunttabel definiëren. Wanneer u geen pad definieert, gebruikt de besturing de met SEL TABLE geactiveerde nulpunttabel.
Nulpunttabel in het NC-programma activeren
De besturing toont de nulpuntverschuiving en het pad van de nulpunttabel in het tabblad TRANS van het werkbereik Status.
Met de functie TRANS DATUM RESET kunt u een nulpuntverschuiving terugzetten. Het is daarbij niet van belang hoe u het nulpunt eerder hebt gedefinieerd.
De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.
Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.
Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.
Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.
11 TRANS DATUM AXIS X+10 Y+25 Z+42 | ; Werkstuknulpunt in de assen X, Y en Z verschuiven |
De NC-functie bevat de volgende syntaxiselementen:
Syntaxiselement | Betekenis |
---|---|
TRANS DATUM | Syntaxisopeners voor een nulpuntverschuiving |
AXIS, TABLE of RESET | Nulpuntverschuiving met coördinateninvoer, met een nulpunttabel of nulpuntverschuiving resetten |
X, Y, Z, A, B, C, U, V of W | Mogelijke assen voor coördinateninvoer Vast of variabel nummer Alleen bij selectie AXIS |
TABLINE | Regel van de nulpunttabel Vast of variabel nummer Alleen bij selectie TABLE |
" " of QS | Pad van de nulpunttabel Vaste of variabele naam Syntaxiselement optioneel Alleen bij selectie TABLE |
Referentiepunten in de machine