| Modus Machine of Werkstuk selecteren Wanneer u de modus Machine selecteert, toont de besturing het gedefinieerde werkstuk, de objecten met botsingsbewaking en het gereedschap. In de modus Werkstuk toont de besturing het te simuleren werkstuk. Afhankelijk van de geselecteerde modus zijn er verschillende functies beschikbaar. | |
| Met deze functie kunt u de positie van het referentiepunt van het werkstuk voor de simulatie definiëren. Met behulp van een knop kunt u een referentiepunt van het werkstuk uit de referentiepunttabel selecteren. Referentiepuntbeheer
| - Modus Machine
- Modeltype 2,5D
|
| - U kunt voor de machine de volgende soorten weergaven selecteren:
- Origineel: schaduwrijke ondoorzichtige weergave
- Semi-transparant: transparante weergave
- Draadmodel: weergave van de machine-omtrekken
| - Modus Werkstuk
- Modeltype 2,5D
|
| - U kunt voor het gereedschap de volgende soorten weergaven selecteren:
- Origineel: schaduwrijke ondoorzichtige weergave
- Semi-transparant: transparante weergave
- Onzichtbaar: het object wordt verborgen
| - Modus Werkstuk
- Modeltype 2,5D
|
| - U kunt voor het werkstuk de volgende soorten weergaven selecteren:
- Origineel: schaduwrijke ondoorzichtige weergave
- Semi-transparant: transparante weergave
- Onzichtbaar: het object wordt verborgen
| - Modus Werkstuk
- Modeltype 2,5D
|
| U kunt bij de simulatie de gereedschapsverplaatsingen weergeven. De besturing toont de middelpuntsbaan van de gereedschappen. - U kunt voor de gereedschapsbanen de volgende soorten weergaven selecteren:
- Geen: gereedschapsbanen niet weergeven
- Aanzet: gereedschapsbanen met geprogrammeerde aanzetsnelheid weergeven
- Aanzet + FMAX: gereedschapsbanen met geprogrammeerde aanzetsnelheid en met geprogrammeerde ijlgang weergeven
| - Modus Werkstuk
- Werkstand Programmeren
|
| Met deze schakelaar kunt u de machinetafel en eventueel het spanmiddel weergeven. | - Modus Werkstuk
- Modeltype 2,5D
|
| | - Modus Werkstuk
- Werkstand Programmeren
- Modeltype 2,5D
|
| | |
| - Wanneer u de schakelaar selecteert, opent de besturing het venster Stoppunten met de volgende keuzemogelijkheden:
- Verbergregel
Wanneer vóór een NC-regel het teken / staat, is de NC-regel verborgen. Wanneer u de schakelaar Verbergregel activeert, slaat de besturing de verborgen NC-regels over bij de simulatie. Verbergen van NC-regels Wanneer de schakelaar actief is, grijs worden de NC-regels die overgeslagen moeten worden, door de besturing grijs weergegeven. Weergave van het NC-programma - Stop bij M1
Wanneer u de schakelaar activeert, stopt de besturing de simulatie bij elke additionele functie M1 in het NC-programma.. Overzicht van additionele functies Wanneer de schakelaar niet actief is, grijs geeft de besturing het syntaxiselement M1 weer. Weergave van het NC-programma
| |