ISO-programmering
G485
G485
Raadpleeg uw machinehandboek!
De machine en besturing moeten zijn voorbereid door de machinefabrikant.
Voor het meten van draaigereedschap met het HEIDENHAIN-gereedschapstastsysteem is cyclus 485 DRAAIGEREEDSCHAP METEN beschikbaar. De besturing meet het gereedschap volgens een vast geprogrammeerd verloop.
Resultaat | Betekenis |
---|---|
0 | Gereedschapsmaten binnen de tolerantie LTOL / RTOL Gereedschap wordt niet geblokkeerd |
1 | Gereedschapsmaten buiten de tolerantie LTOL / RTOL Gereedschap wordt geblokkeerd |
2 | Gereedschapsmaten buiten de tolerantie LBREAK / RBREAK Gereedschap wordt geblokkeerd |
Afk. | Invoer | Dialoog |
---|---|---|
ZL | Gereedschapslengte 1 (Z-richting) | GS-lengte 1? |
XL | Gereedschapslengte 2 (X-richting) | GS-lengte 2? |
DZL | Deltawaarde gereedschapslengte 1 (Z-richting), werkt aanvullend op ZL | Overmaat GS-lengte 1? |
DXL | Deltawaarde gereedschapslengte 2 (X-richting), werkt aanvullend op XL | Overmaat GS-lengte 2? |
RS | Snijradius: wanneer contouren met radiuscorrectie RL of RR geprogrammeerd zijn, houdt de besturing rekening met de snijradius in draaicycli en voert een radiuscorrectie van de snijkant uit | Snijkantradius? |
TO | Gereedschapsoriëntatie: de besturing bepaalt op basis van de gereedschapsoriëntatie de positie van de snijkant van het gereedschap en, afhankelijk van het gereedschapstype, overige gegevens, zoals de richting van de instelhoek, positie van het referentiepunt, enzovoort. Deze gegevens zijn vereist voor het berekenen van de snijkant- en freescompensatie, de insteekhoek, enzovoort | Gereedschapsoriëntatie? |
ORI | Oriëntatiehoek van de spil: hoek van de plaat ten opzichte van de hoofdas | Oriëntatiehoek van spil? |
TYPE | Type draaigereedschap: voorbewerkingsgereedschap ROUGH, nabewerkingsgereedschap FINISH, draadsnijgereedschap THREAD, insteekgereedschap RECESS, halfronde snijbeitel BUTTON, steekdraaigereedschap RECTURN | Type draaigereedschap |
Ondersteunde gereedschapsoriëntatie (TO) bij de volgende typen draaigereedschap (TYPE)
TYPE | Ondersteunde TO | Niet-ondersteunde TO | |
---|---|---|---|
ROUGH, FINISH |
|
| |
BUTTON |
|
| |
RECESS, RECTURN |
|
| |
THREAD |
|
|
Helpscherm | Parameter |
---|---|
Q340 Modus gereedschapsmeting (0-2)? Gebruik van de meetwaarden: 0: De gemeten waarden worden in ZL en XL ingevoerd. Wanneer in de gereedschapstabel reeds waarden zijn vastgelegd, worden deze overschreven. DZL en DXL worden op 0 teruggezet. TL wordt niet gewijzigd 1: de gemeten waarden ZL en XL worden met de waarden uit de gereedschapstabel vergeleken. Deze waarden worden niet gewijzigd. De besturing berekent de afwijking van ZL en XL en voert deze in DZL en DXL in. Als de deltawaarden groter zijn dan de toegestane slijtage- of breuktolerantie, vergrendelt de besturing het gereedschap (TL = geblokkeerd). De afwijking is bovendien beschikbaar in Q-parameter Q115 en Q116. 2: De gemeten waarden ZL en XL , evenals DZL en DXL worden met de waarden uit de gereedschapstabel vergeleken, maar niet gewijzigd. Als de waarden groter zijn dan de toegestane slijtage- of broedtolerantie, vergrendelt de besturing het gereedschap (TL = geblokkeerd) Invoer: 0, 1, 2 | |
Q260 Veilige hoogte? Positie in de spilas invoeren waarbij een botsing met werkstukken of spanmiddelen uitgesloten is. De veilige hoogte is gerelateerd aan het actieve referentiepunt van het werkstuk. Wanneer de veilige hoogte zo klein is ingevoerd, dat de gereedschapspunt onder de bovenkant van de schotel zou komen te liggen, positioneert de besturing het gereedschap automatisch boven de schotel (veiligheidszone uit safetyDistStylus). Invoer: –99999,9999...+99999,9999 |
De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.
Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.
Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.
Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.
11 TOOL CALL 12 Z | ||
12 TCH PROBE 485 DRAAIGEREEDSCHAP METEN ~ | ||
| ||
|