Schakelaar AFC in de werkstand Programma-afloop

Toepassing

Met schakelaar AFC activeert of deactiveert u de adaptieve aanzetregeling AFC in de werkstand Programma-afloop.

Voorwaarden

  • Softwareoptie #45 Adaptieve aanzetregeling AFC
  • Vrijgegeven door machinefabrikant
  • Met de optionele machineparameter Enable (nr.120001) definieert de machinefabrikant of u gebruik kunt maken van AFC.

Functiebeschrijving

Alleen wanneer u de schakelaar AFC activeert, zullen de NC-functies voor AFC werken.

Als u AFC niet specifiek met behulp van de schakelaar deactiveert, blijft AFC actief. De besturing slaat de positie van de schakelaar op en behoudt deze ook na opnieuw opstarten van de besturing.

Als een de schakelaar AFC actief is, toont de besturing een symbool in het werkgebied Posities. Naast de actuele stand van de aanzet-potentiometer toont de besturing de geregelde aanzetwaarde in procenten.

Werkgebied Posities

Instructies

 
Aanwijzing
Let op: risico voor gereedschap en werkstuk!
Wanneer u de functie AFC deactiveert, gebruikt de besturing direct weer de geprogrammeerde bewerkingsaanzet. Wanneer AFC voorafgaand aan deactivering de aanzet gereduceerd heeft (bijvoorbeeld afhankelijk van slijtage), versnelt de besturing tot de geprogrammeerde aanzet. Dit geldt ongeacht hoe de functie wordt gedeactiveerd (bijvoorbeeld via de aanzet-potentiometer). De versnelling van de aanzet kan tot gereedschaps- en werkstukschade leiden!
  1. Bij een dreigende onderschrijding van de FMIN-waarde de bewerking stoppen (niet de functie AFC deactiveren)
  2. Overbelastingsreactie na onderschrijding van FMIN-waarde definiëren
  • Wanneer de adaptieve aanzetregeling in de modus regelen actief is, zet de besturing intern de spil-override op 100 %. U kunt het spiltoerental dan niet meer veranderen.
  • Wanneer de Adaptieve aanzetregeling in de modus regelen actief is, neemt de besturing de functie van de aanzet-override over.
    • als u de aanzet-override verhoogt, heeft dit geen invloed op de regeling.
    • Wanneer de aanzet-override met de potentiometer met meer dan 10% gerelateerd aan de positie aan het begin van het programma wordt gereduceerd, schakelt de besturing AFC uit.
    • U kunt de regeling weer activeren met de schakelaar AFC.

    • Potentiometerwaarden tot 50% werken altijd, ook bij actieve regeling.
  • Een regelsprong bij actieve aanzetregeling is toegestaan. De besturing houdt daarbij rekening met het snedenummer van de positie voor voortzetting.