| | | Assen in de werkstand Handmatig selecteren of in de werkstand Programmeren invoeren |
| | | Cijfers invoeren, bijvoorbeeld coördinatenwaarden |
| | | Decimaal scheidingsteken invoegen tijdens het invoeren |
| | | Voorteken van een invoerwaarde omkeren |
| | | Waarden wissen tijdens het invoeren |
| | | Digitale uitlezing van het statusoverzicht openen om aswaarden te kopiëren Statusoverzicht van de TNC-balk In de werkstand Programmeren en in de toepassing MDI een rechte L met de actuele posities van alle assen programmeren |
| | | In de werkstand Programmeren binnen het venster NC-functie invoegen de map FN openen |
| | | Invoeren terugzetten of meldingen wissen |
| | | NC-regel wissen of tijdens het programmeren de dialoog afbreken |
| | | Optionele syntaxiselementen tijdens de programmering overslaan of verwijderen |
| | | Invoeren bevestigen en dialoog voortzetten |
| | | Invoer beëindigen, bijvoorbeeld NC-regel afsluiten |
| | | Tussen polaire en cartesiaanse coördinaatinvoer wisselen |
| | | Tussen incrementele en absolute coördinateninvoer wisselen |