Cyclus 441 SNEL AANTASTEN

ISO-programmering

G441

Toepassing

Met tastcyclus 441 kunt u verschillende tastsysteemparameters (bijv. de positioneeraanzet) globaal voor alle hierna gebruikte tastcycli vastleggen.

 
Tip

Cyclus 441 bepaalt parameters voor tastcycli. Deze cyclus voert geen machinebewegingen uit.

Instructies

  • Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE MILL uitvoeren.
  • END PGM, M2, M30 zet de globale instellingen van cyclus 441 terug.
  • Cyclusparameter Q399 is afhankelijk van uw machineconfiguratie. De mogelijkheid om het tastsysteem afhankelijk van het NC-programma te oriënteren moet door uw machinefabrikant zijn ingesteld.
  • Wanneer u op uw machine beschikt over afzonderlijke potentiometers voor ijlgang en aanzet, dan kunt u de aanzet ook bij Q397=1 alleen met de potentiometer voor aanzetbewegingen regelen.

Aanwijzing in combinatie met machineparameters

  • Met machineparameter maxTouchFeed (nr. 122602) kan de machinefabrikant de aanzet begrenzen. In deze machineparameter wordt de absolute, maximale aanzet gedefinieerd.

Cyclusparameters

Helpscherm

Parameter

Q396 Pos.aanzetsnelheid?

Vastleggen met welke aanzet de besturing positioneerbewegingen van het tastsysteem uitvoert.

Invoer: 0...99999.999

Q397 Voorpos. met machine-ijlgang?

Vastleggen of de besturing bij het voorpositioneren van het tastsysteem met de aanzet FMAX (ijlgang van de machine) wordt verplaatst:

0: met de aanzet uit Q396 voorpositioneren

1: met de machine-ijlgang FMAX voorpositioneren

Invoer: 0, 1

Q399 Volgen hoek (0/1)?

Vastleggen of de besturing het tastsysteem vóór elk tastproces oriënteert:

0: niet oriënteren

1: vóór elk tastproces de spil oriënteren (verhoogt de nauwkeurigheid)

Invoer: 0, 1

Q400 Automatische onderbreking?

Vastleggen of de besturing na een tastcyclus voor automatische meting van het werkstuk de programma-afloop onderbreekt en de meetresultaten op het beeldscherm weergeeft:

0: programma-uitvoering niet onderbreken, ook niet wanneer in de betreffende tastcyclus voor weergave van de meetresultaten op het beeldscherm is gekozen

1: programma-uitvoering onderbreken, meetresultaten op het beeldscherm weergeven. U kunt de programma-afloop vervolgens met NC-start voortzetten

Invoer: 0, 1

De in het gebruikershandboek opgenomen NC-programma's zijn oplossingsvoorstellen. Voordat u de NC-programma's of afzonderlijke NC-regels op een machine gebruikt, moet u deze aanpassen.

  • Pas de volgende inhoud aan:
  • Gereedschappen
  • Snijwaarden
  • Aanzetten
  • Veilige hoogte of veilige posities
  • Machinespecifieke posities, bijv. met M91
  • Paden van programma-oproepen

Sommige NC-programma's zijn afhankelijk van de machinekinematica. Pas deze NC-programma's vóór de eerste testrun aan uw machinekinematica aan.

Test de NC-programma's bovendien met behulp van de simulatie voordat u de eigenlijke programma-afloop start.

 
Tip

Met behulp van een programmatest kunt u bepalen of u het NC-programma met de beschikbare softwareopties, de actieve machinekinematica en de huidige machineconfiguratie kunt gebruiken.

Voorbeeld

11 TCH PROBE 441 SNEL AANTASTEN ~

Q396=+3000

;POS.AANZETSNELHEID ~

Q397=+0

;AANZETSNELH. SELECT. ~

Q399=+1

;VOLGEN HOEK ~

Q400=+1

;ONDERBREKING